Alvleeskanker, het eind van de chemo komt in zicht.
Vandaag hebben we van het vijfde rondje de laatste chemo. Hierna volgt een weekje vrij en dan nog een keertje een serie van drie. Begin december zit het er dan op.
De spanningen rond de chemo zijn de afgelopen weken eigenlijk steeds verder opgelopen. Het medicijn dat ze neemt om wat rustiger te blijven mist zijn werking. De misselijkheid neemt per week toe en twee weken geleden moest L. meerdere malen overgeven. Voor haar vervelend en lastig maar ook voor de andere patiƫnten niet fijn. Later die week oefenen we een ademhalings- en ontspanningsoefening die ik wel vaker bij yoga doe. Misschien dat dit de volgende keer helpt om de misselijkheid wat te onderdrukken.
Vorige week had de verpleegkundige een aparte kamer voor ons geregeld. Dat heeft zo zijn voordelen. Enerzijds voel je je toch wat minder opgelaten in het geval je moet overgeven en anderzijds is het er heel rustig. Op de zaal waar de chemo normaal gesproken wordt toegediend zijn nog zo'n zeven andere mensen die chemo krijgen en gaat en iedere paar minuten wel ergens een alarm van een chemopomp af.
De aderen in de hand van L. beginnen behoorlijk te lijden van de chemo. Als je nu haar handen ziet dan lijken die op die van een oude vrouw. Omdat ze zulke koude handen heeft krijgt ze eerst een bak met warm water om haar handen wat op te warmen.
Direct nadat het infuus is geplaatst en de chemo loopt valt L. in slaap. De pomp staat wat rustiger dan normaal (550 in plaats van 700). De verpleegkundige komt een paar keer kijken maar L. slaapt als een roos. Ik besluit alvast de "administratie" te gaan doen, de afspraak voor volgende week maken, het lab formulier voor het bloedprikken en een uitrijkaart halen.
Als ik terugkom slaapt ze nog steeds en de chemo zit er bijna in. Als de verpleegkundige weer komt kijken wordt L. wakker en gelooft bijna niet dat ze al klaar is. Nadat er nog tien minuten met een zoutoplossing is gespoeld mogen we weer weg. Hoewel L. wel een beetje misselijk is komt het niet tot overgeven.
De spanningen rond de chemo zijn de afgelopen weken eigenlijk steeds verder opgelopen. Het medicijn dat ze neemt om wat rustiger te blijven mist zijn werking. De misselijkheid neemt per week toe en twee weken geleden moest L. meerdere malen overgeven. Voor haar vervelend en lastig maar ook voor de andere patiƫnten niet fijn. Later die week oefenen we een ademhalings- en ontspanningsoefening die ik wel vaker bij yoga doe. Misschien dat dit de volgende keer helpt om de misselijkheid wat te onderdrukken.
Vorige week had de verpleegkundige een aparte kamer voor ons geregeld. Dat heeft zo zijn voordelen. Enerzijds voel je je toch wat minder opgelaten in het geval je moet overgeven en anderzijds is het er heel rustig. Op de zaal waar de chemo normaal gesproken wordt toegediend zijn nog zo'n zeven andere mensen die chemo krijgen en gaat en iedere paar minuten wel ergens een alarm van een chemopomp af.
De aderen in de hand van L. beginnen behoorlijk te lijden van de chemo. Als je nu haar handen ziet dan lijken die op die van een oude vrouw. Omdat ze zulke koude handen heeft krijgt ze eerst een bak met warm water om haar handen wat op te warmen.
Direct nadat het infuus is geplaatst en de chemo loopt valt L. in slaap. De pomp staat wat rustiger dan normaal (550 in plaats van 700). De verpleegkundige komt een paar keer kijken maar L. slaapt als een roos. Ik besluit alvast de "administratie" te gaan doen, de afspraak voor volgende week maken, het lab formulier voor het bloedprikken en een uitrijkaart halen.
Als ik terugkom slaapt ze nog steeds en de chemo zit er bijna in. Als de verpleegkundige weer komt kijken wordt L. wakker en gelooft bijna niet dat ze al klaar is. Nadat er nog tien minuten met een zoutoplossing is gespoeld mogen we weer weg. Hoewel L. wel een beetje misselijk is komt het niet tot overgeven.