bijkomen na de operatie, 1 borst weg.
"Bijkomen na de operatie:
Vanuit een grijzige wolk pak ik een ijsje aan, dat vóór mij gehouden wordt en automatisch ga ik het opeten. Het voelt gek dat ik dat doe, maar ik doe het wel... In de verte herinner ik mij vaag iets van een ijsje als je bijkomt op de uitslaapkamer. Dat klopt dus... ehm...Ik probeer het met veel moeite op te eten voordat het begint te smelten. Best gek, dat ik dat belangrijk vind... Dooreten anders valt het bovenop je... ik heb alleen nog een stokje over...
In de tussentijd gaat steeds iemand met bed en al weg uit de uitslaapkamer, voor zover ik begrijp wat er eigenlijk aan de hand is en waar ik lig..
dan lig ik er als enige nog en besef ik korte momentjes iets van mijn aanwezigheid in deze kamer, in het bed ..met flarden ben ik bang dat ze mij vergeten zijn... er komt iemand, half en half merk ik dat mijn bed gereden wordt...na een hoop heen en weer geschuif met mijn bed, hoor ik een verpleegkundige iets zeggen als ik het dekentje dat op mij ligt van mij af gooi. Ik heb het ineens bloedheet.. . de verpleegkundige zegt streng "dat doen we hier niet naakt liggen" en ze legt het dekentje terug op mij...bloedheet heb ik het en ik word misselijk . .. maar naakt? (Ik heb een corset-achtig ding aan, dat mijn bovenlijf bedekt en verder mijn onderbroek en voor het overige misschien nog iets, dat weet ik niet meer)... het is zeker niet naakt hoor.
... is dit het welkom terug in de wereld? (Naderhand hierover nadenkend vraag ik mij af waarom ze dat zo zei en waarom ze het gordijn niet gewoon dicht deed als zij dit "naakt" vindt, maar goed ...ik leer haar hierna nog beter kennen)
Ik besef steeds méér, mijn verstand komt terug... ik realiseer mij dat ik ergens in het ziekenhuis in een bed op een zaaltje lig...(dus niet de zaal waaruit ik vertrokken was vóór de operatie, ik was immers per abuis vooraf op de dagbehandeling terecht gekomen, en kwam nu "bij" op de verpleegafdeling) en ik hoor vervolgens de verpleegkundige tegen mijn dochter streng zeggen: als u zo naar mij kijkt en u heeft uw hand zo aan uw gezicht, dan voelt het alsof u mij beoordeelt!
(HUH, wat gebeurt er?) Ik begrijp de situatie niet die voor en schuin achter mijn bed plaatsvindt... ik kijk naar mijn dochter die schuin achter mij bij het hoofdeind van mijn bed staat. Ze zegt niks, maar heeft haar vinger bij haar kin en dat roept kennelijk bij de verpleegkundige iets van oud zeer op? Wat is er in vredesnaam aan de hand? Nadat mijn dochter iets zegt dat ze niks bedoelt met haar hand bij haar kin, zegt de verpleegkundige nog eens dat ze daar een naar gevoel bij krijgt. Ik kijk naar mijn dochter en zie dat zij nu zo probeert te gaan staan, dat de verpleegkundige geen last heeft van iets of wat dan ook: Ze staat met haar rug tegen de kast en laat haar armen naast zich hangen... in de hoop geen stoorzender te zijn voor de verpleegkundige A. van dienst...
Deze A. vraagt vervolgens aan mij of ik misselijk ben. Ja, wel. Hoe misselijk op een schaal van 1 tot 10?... voor zover ik al "oordeelkundig" ben na de narcose... ehm, (ik ga er maar voorzichtig middenin zitten) een 5 zeg ik... Ok, besluit de verpleegkundige meteen, dan geef ik u daar iets voor, wat zij dan direct via het infuus toedient. Bij 5 is het medicatie, zegt zij dan. Ik voelde mij in mijn beoordeling van "5" gevangen. Ik kan geen ja of nee meer zeggen op de medicatie... het is al een feit. (Had ik maar géén 5 moeten zeggen? Of had ze mij eigenlijk moeten vragen of ik iets tegen de misselijkheid wou hebben?)
De gehele situatie maakt mij inmiddels een beetje machteloos... ik heb nergens grip op, de sfeer vind ik een soort bedreigend... en ik ben nog niet helemaal terug mijzelf. Was ik dat wél geweest, dan had ik natuurlijk meteen gevraagd wat is er aan de hand? Half misselijk begin ik langzaam mijzelf te hervinden. Ik besef dat ik moet plassen. Dat moet ik dan maar melden: ik zeg het tegen A , en zij vraagt of ik een ondersteek wil of naar het toilet. Ik denk, nee allebei niet, (ondersteek lukt maar nauwelijks, pijn in mijn rug en knoeit wellicht, en lopen naar de badkamer zie ik echt nog niet zitten) -Ik wil graag op de postoel zeg ik. Kan dat?(ik zag hem staan). -Ferm, of stevig, pakt de verpleegkundige de stoel en rijdt hem met enige snelheid naast mijn bed, maar op zo'n manier, dat hij min of meer klem zit tussen mijn bed en het nachtkastje. Daardoor is er voor mij geen ruimte om erop te gaan zitten, en verpleegkundige A helpt ook niet. Ook de voetsteunen kunnen zo niet uitgeklapt worden. Ik zie het even niet zitten, maar probeer het toch, want ik moet immers best wel nodig plassen. Gelukkig schiet mijn dochter mij te hulp. En zo is het plasje keurig in de pot terecht gekomen. Dat is een opluchting, dat ik dat kwijt ben. Ik hijs mij met de slangen weer terug op het bed, ik snap nog niet helemaal hoe dat precies zit...Je zal toch in je bed plassen bedenk ik... In de tijd daarna hebben mijn dochter en ik regelmatig oogcontact, maar ik wil natuurlijk eigenlijk echt van haar horen wat er nou toch was toen ik aan het bijkomen was, toen ik net op de zaal kwam... Fatsoenlijkheidshalve wacht je daarmee totdat de verpleegkundige straks weg is...
Dan voel ik zo'n 5 a 10 minuten later dat ik alweer moet plassen. Verpleegkundige A. is nog aan het redderen in de kamer. Ojee, en dan moet ik het weer vragen.
Ik moet weer plassen, durf ik te zeggen.
-Waarom zegt u dat?
Omdat ik het anders moet ophouden of moet laten lopen... Nee, dat moet u niet doen, zegt A. en wederom geïrriteerd krijg ik de stoel naar mij toe.
Terug in bed probeer ik te beseffen hoe ik mij voel: voel geen pijn, wel de strakke speciale na-de-operatie-BH... verder best suffig nog... Ik zit vast aan een paal en slangen..beetje misselijk, beetje pijn...benen omhoog, rug omhoog...
Dan komt iemand vragen wat ik voor ontbijt gebruik. Ik eet thuis altijd muesli met yoghurt, zeg ik. Prima, ze schrijft iets op. Het zal allemaal wel goed komen...
Straks maar eens aan mijn dochter (39) vragen wat er nu allemaal aan de hand was...
Overigens, alle andere verpleegkundigen die daar voorbij zijn gekomen, waren allemaal verschillend, maar stuk voor stuk lief en begripvol... Verpleegkundige A werkte precies de drie dagen dat ik in het ziekenhuis lag...
Op mijn twee-persoons kamer lag naast mij een mevrouw die het ook allemaal had meebeleefd, zei ze de volgende ochtend in gesprek met haar. Dat, en verder, in een volgend blog.
3 reacties
Wat een pech heb je gehad met die verpleegkundige.. Terwijl het enige wat je nodig hebt op dat moment is iemand die lief en begripvol is. Ik werd helemaal boos van binnen toen ik het las.
Hoop dat het weer een beetje met je gaat nu.
Liefs, Ingrid
Inderdaad...Op het moment zelf ben je alleen maar aan het overleven en begreep ik er niks van. Naderhand heb ik mij hierover wel een duidelijke mening gevormd. In een volgend blog vertel ik verder over mijn ervaringen 🍀
Het is toch ontzettend knap dat een hork in de verzorging zich kan staande houden. Hoe moe moet A na een dag werken wel niet zijn om je zo constant onhebbelijk te gedragen….toch ergens een boot gemist vrees ik…
Maar je zult er maar liggen met alle stress en hectiek, al je vragen, je onzekerheden…Een klein beetje empathie werkt zoveel beter dan een shotje anti misselijkheid. Deze misselijkheid los je er zeker niet mee op.
Hoop dat je er verder geen last van heb. Uit eigen ervaring kunnen dit soort extraatjes je juist een extra knauw geven..
Sterkte🍀
emmeC (Gemma)