Hoe het begon en verder ging (deel 2)
PET-scan en MRI
Op dinsdag heb ik de PET-CT scan en de MRI. Ik moet nuchter naar het ziekenhuis komen. Helaas word ik in de ochtend, niet lekker van de warmte wakker. Ik mag dus niets eten en voel me echt niet lekker. Als ik in het ziekenhuis aan de beurt ben hoor ik gelukkig dat ik wel een paracetamol mag nemen. Mij heel rustig houden maar. Ik word naar een kamer met een ziekenhuisbed gebracht. Ik krijg via een infuus met een spuit de radioactieve vloeistof toegediend. Ik merk er niets van. Daarna moet ik 50 minuten stil blijven liggen. Het is buiten erg warm en de airco staat flink aan, dus in het kamertje is het fris. Gelukkig heb ik een dekentje.
De PET-CT scan duurt een klein half uur. Ik word in schokjes door het apparaat bewogen en moet mezelf steeds herinneren om stil te blijven liggen. Inmiddels voel ik mij echt beroerd. Ze gaan voor mij vragen of ik vóór de MRI mag eten. Als de scan klaar is hoor ik dat het mag. Ik neem een uitgebreide pauze want we hebben nog tijd voor de afspraak bij de MRI staat ingepland. Ik eet wat brood waar ik langzaam van opknap en we drinken koffie in het ziekenhuisrestaurant. Inmiddels is het na elven. Ik voel me een stuk beter en de MRI valt me reuze mee. Ik krijg oordoppen en een koptelefoon wat echt nodig is want het maakt een boel lawaai. Ik voel de golven door mijn borstkas gaan. Alles gaat goed en ik mag weer naar huis. We kijken nog even bij de kapper in het ziekenhuis wat voor mutsjes en hoofddoeken er allemaal te koop zijn.
Donderdags gaan we terug om de uitslag te horen. Het is zenuwslopend want nu horen we of er nog uitzaaiingen gevonden zijn. Er zit een man in de wachtkamer die filmpjes op zijn telefoon kijkt zonder oordoppen. Ik erger me, ook omdat ik zo gespannen ben. Ik zie een bekende uit wachtkamer 20 komen. Deze persoon ook? Ik weet hoe het voelt, maar niet wat daar de situatie is. De specialistisch verpleegkundige loopt door de gang en werpt mij een glimlach toe. Is dat goed nieuws? Eindelijk zijn we aan de beurt.
Als we zitten kijkt ze me aan en ik zeg: ‘zeg het maar’. Ik wil het nu het liefst maar weten. Als ze ons verteld dat er geen uitzaaiingen zijn barst ik in huilen uit. Alle opgebouwde spanning komt eruit. Het duurt even voordat ik mezelf weer bij elkaar heb. We krijgen nog een heleboel informatie. Onder andere dat ik maandag twee jodiumzaadjes geplaatst krijg. In elke tumor wordt er één ingebracht als markeerplek voor tijdens de operatie. Zo kan er preciezer worden geopereerd.
Die maandag zitten we weer in dezelfde wachtkamer waar we eerder waren voor het biopt. Ik ben niet zo zenuwachtig dan toen. We weten de uitslag al. Gek hoe je enorm kan opzien tegen een uitslag maar als je het dan (al een tijdje) weet het minder erg lijkt omdat het al een feit is. Je kan er nu tenminste iets aan doen. Het plaatsen van de jodiumzaadjes gaat rustig en de verpleegkundigen zijn vriendelijk. Met een grote pleister op mag ik weer naar huis.
In diezelfde week gaan we op donderdag weer terug naar het ziekenhuis om alle uitleg te krijgen van de oncoloog en de oncologisch verpleegkundige over het waarom (opnieuw) en hoe van de chemokuur. Het hakt er bij ons beide behoorlijk in. Het klinkt allemaal heel heftig zo bij elkaar. We krijgen een nieuwe stapel informatie mee, een tas met medicijnen (ook voor mogelijke bijwerkingen) en er worden vier buisjes bloed afgenomen.
De eerste chemokuur zal een week later op woensdag plaatsvinden.
Het besef dat dit een heftig traject wordt dringt nu pas goed tot mij door. Ik heb tijd nodig om dit te verwerken. Het valt me op dat dit bij mij vaak ongeveer twee dagen duurt. Daarna krabbel ik weer een beetje op. Dan komt vaak de klap bij mijn man binnen, die eerst nog in de doe-modus gaat. We weten het van elkaar en dat helpt.
Stap voor stap ben ik mensen op de hoogte aan het brengen. Ik vind het fijn dat iedereen van mijn situatie weet. Ik krijg enorm veel lieve reacties en er zijn veel mensen die willen helpen. Zo fijn en hartverwarmend.
Helaas kan onze zoon (hij heeft autisme en een verstandelijke beperking en woont in een zorgwoning) niet bij ons logeren omdat hij verkouden is en ik niet verkouden mag worden. Ik ben er heel verdrietig van. We wijken eigenlijk nooit af van zijn logeerschema. Maar gelukkig pakt hij het heel goed op.
Ik heb heel erg de neiging om nog van alles te willen regelen voor woensdag. Het is echt nog ontdekken hoe ik met het nieuwe nu om kan gaan. Soms voelt het plotseling weer heel onwerkelijk. Is het echt wel waar? Het niet weten hoe ik op de chemo ga reageren is spannend. Toch ben ik overwegend positief.
Wat ik hierboven beschreven heb is een korte samenvatting van de afgelopen weken. Natuurlijk is er veel meer gebeurt wat ik ook graag zou willen vertellen maar waar nu geen tijd voor is. De chemo staat voor de deur en ik wil mij daarop richten. Voordat die van start zal gaan wilde ik al vast bovenstaande neertypen. Het helpt bij de verwerking. En zo kunnen ook veel lieve mensen in mijn omgeving, die mij belangstellende vragen stellen lezen wat er is gebeurd.
Door de weken heen heb ik heel veel informatie gekregen en allemaal moeilijk medische namen voor waar het allemaal om gaat. Die informatie ben ik nog aan het verwerken en wellicht vertel ik daar later meer over. Nu is het eerst voorbereiden op woensdag.
2 reacties
Poeh, wat heftig allemaal Janneke. Ik ga je blog volgen
Dank je wel Wendy! Ik volg jou ook!