3. Ziek door de eerste AC-kuur

Eerste AC-kuur

Dag 1. Ongeveer een maand na de diagnose borstkanker meld ik me bij de poli oncologie voor mijn eerste chemokuur. Ik start de behandeling met vier AC-kuren (om de week) en sluit hem af met twaalf Taxol-kuren (wekelijks). Het aankomende half jaar zal dit mijn tweede huiskamer worden. Ik loop vol enthousiasme de poli op, ik kan niet wachten om met de behandeling te starten, hoe eerder hoe beter. Ik word vriendelijk verwelkomd door de verpleegkundigen en ik neem plaats in één van de luxe chemostoelen waarvan er een stuk of 25 op de afdeling staan. De verpleegkundige legt me uit wat er vandaag op het menu staat; drie zakken gevuld met doxorubicine, cyclofosfamide (AC) en een spoelmiddel worden via een infuus in mijn arm gespoten. Om de bijwerkingen van deze middelen te beperken heb ik voorafgaand aan de kuur een berg aan medicatie mee naar huis gekregen. Braaf heb ik alles geslikt wat er op mijn lijstje stond en dat zal ik aankomende dagen blijven doen. Ook zal er de volgende dag een verpleegkundige bij mij thuis een EPO-prik zetten om de bloedcellen die door chemo worden afgebroken een boost te geven.

Als het infuus is aangesloten en de medicijnen middels een vooraf ingesteld apparaatje mijn lichaam binnendruppelen heb ik de tijd om om mij heen te kijken. Het is een bijzonder tafereel; overal om mij heen zitten mensen in de robuuste stoelen voor zich uit te staren met een infuus in hun arm of schouder. Sommige zijn kaal, sommige niet en sommige hebben een chemomuts op. Ik vermoed dat ik met mijn 37 jaar de jongste van het stel ben, de gemiddelde leeftijd ligt hier rond de 50 à 60 jaar, schat ik grofweg in. Na een paar uurtjes in de stoel word ik afgekoppeld en mag ik naar huis. Het gaat tot dusver goed, op wat vermoeidheid na. 

Dag 2. De volgende dag sta ik vermoeid op. Ik ben duizelig en ik ervaar een soort gejaagde sensatie in mijn lijf. Ik voel me onrustig en overprikkeld. Rond het middaguur zou de verpleegkundige langs moeten komen voor de EPO-prik maar er komt niemand. Mijn man raakt een beetje in paniek omdat die prik essentieel is voor het voorkomen van infecties of erger. Hij belt de instanties en krijgt uiteindelijk een geïrriteerde verpleegkundige aan de lijn die op een verjaardag zit en kennelijk niet was ingeroosterd vandaag. Gelukkig beaamt ze de noodzaak van het zo snel mogelijk zetten van de prik en verschijnt ze alsnog binnen een uur. ‘s Middags wil mijn gezin een wandeling maken in het bos, er is me verteld dat ik moet blijven bewegen dus ik wil ook mee. Aldaar valt de fysieke inspanning me zwaar. Ik moet onderweg plat op een bankje liggen om op adem te komen en genoeg kracht te verzamelen om de  laatste stappen naar de auto te maken. De rest van de dag breng ik in bed door.

Dag 3 & 4. Als ik op de derde dag van de kuur wakker word, voel ik me nog slechter dan de dag ervoor.  Het gejaagde gevoel is verergerd. Ik voel een druk op mijn borst, ik tril, ik zweet, mijn hart bonst in mijn borstkas en de muren komen voor mijn gevoel bijna letterlijk op me af. Ik bel met de spoedlijn van de verpleegafdeling om te bespreken of dit normaal is en wat ik eraan kan doen. Ze adviseren me om te stoppen met het medicijn Dexamethason. Dit is een soort Prednison, een ontstekingsremmer die misselijkheid tegen moet gaan. Kennelijk reageert mijn lijf hier heel heftig op. Ik neem het advies ter harte en sla vandaag deze pil over. Het gevoel trekt echter niet weg en lijkt zelfs toe te nemen. Die nacht kan ik niet slapen. De volgende ochtend ben ik beroerder dan ooit; het trillen, zweten, de hartkloppingen en de onrust zijn in hevige mate aanwezig en daarbij voel ik me misselijk. Mijn man heeft de kinderen naar school en de opvang gebracht en werkt thuis om mij in de gaten te houden. Ik zit er emotioneel doorheen en ik begin ineens te twijfelen aan de behandeling. Houd ik dit wel vol? Ik deel mijn zorgen met mijn man en ik opper dat ik misschien maar moet stoppen. Hij schrikt, “stoppen is geen optie!”, roept hij ontsteld, “dan ga je dood!”. Hij is zichtbaar geëmotioneerd, ik weet dat ik hem met deze woorden overstuur maak maar ik weet me op dat moment  geen raad. We maken samen met spoed een afspraak bij de huisarts. Ik krijg een kalmeringsmiddel voorgeschreven dat de bijwerkingen van de Dexamethason moet afremmen. Ik slik de medicijnen en ik sleep me de dag door. 's Nachts slaap ik wederom slecht.

Dag 5. Als ik de volgende dag wakker word ben ik weer misselijk. Ik slik weer alle medicijnen van mijn lijstje behalve natuurlijk de Dexamethason. Het lijkt niet erg te helpen dus ik ga met een kruik op bed liggen. Gedurende de dag neemt de misselijkheid toe en voel ik een knallende hoofdpijn. Ik begin weer in paniek te raken, bang dat ik het niet meer trek. 

Dag 6. De misselijkheid is in alle hevigheid aanwezig en geen enkel medicijn helpt. Ik heb mijn man al drie keer met spoed naar de apotheek gestuurd om weer een nieuw door de verpleegkundige voorgeschreven middel op te halen, maar het mag niet baten. Ik begin langzaamaan door te draaien, de misselijkheid is vergelijkbaar met wat je voelt wanneer je iets verkeerds hebt gegeten. Ik heb het gevoel alsof ik moet spugen, dus ik hang meermaals die dag boven de wc, mijn maag weigert echter mee te werken met mijn braakpogingen. Aan het einde van de dag ben ik op, “het moet nu stoppen”, roep ik. Ik bel opnieuw naar de poli oncologie en zij verwijzen me door naar de spoedeisende hulp. Mijn broer brengt me naar het ziekenhuis en mijn man blijft achter met de kinderen. Het is ongeveer 25 minuten rijden en ik tel de minuten in de auto af voordat we er zijn. Het is druk op de spoedpoli, we moeten lang wachten. Eindelijk komt er een arts die me opnieuw de medicijnen die ik al geprobeerd heb wil voorschrijven. Moedeloos start ik een discussie met hem, ik vraag of hij me niet gewoon ‘plat’ kan spuiten, dat kan natuurlijk niet, legt hij me uit. Ik word opgenomen en krijg toch een nieuw middel toegediend. En warempel, het werkt. Eindelijk voel ik de misselijkheid een beetje wegtrekken en langzaam kom ik weer tot leven. De volgende ochtend komt de alles overheersende misselijkheid weer even terug, ik raak direct in paniek, niet weer! Gelukkig helpt de nieuwe medicatie en kan ik het terugbrengen tot een weeïg maar draaglijk gevoel. In de loop van de dag lijk ik stabiel te blijven en mag ik weer naar huis. De dagen erna blijf ik me een uitgewrongen vaatdoek voelen maar het is draaglijk. De gedachte aan de volgende kuur maakt me bang, ik wil dit niet nog eens meemaken. Toch zet ik door, ik ga deze behandeling afmaken, ik wil overleven, al is het voor mijn kinderen. 

2 reacties

Topper🩷 De medici weten niet tevoren hoe je reageert en het is vaak zoeken naar de juiste 'cocktail' om de bijwerkingen in elk geval draaglijk te maken.Je hebtnu de ervaring van de eerste kuur en weet wat je kunt verwachten. Je lijf gaat het echter steeds zwaarder krijgen dus blijf aan de bel trekken en wacht niet te lang.   Sterkte de komende kuren, Beat it girl😘

Laatst bewerkt: 03/01/2024 - 16:00