Nu, straks en altijd
Ik ren. Richting strand. Met een plan: strand op, stukje erover, strand af. En met een doel: parkeerterrein opgang Molenslag, de trappen daar.
Ik loop. Met super-K., mijn prachtzoon, in mijn hoofd.
Ik sport – altijd – met hem in mijn gedachten. En sinds 29/9/2020 – ook altijd – met ‘iets’ van hem aan. Of op. Hardloopschoenen, broekje, jack, pet, trainingsbroek, shirt. Vaak een shirt, zoals nu.
Ik loop en beul me af. Volle bak. Zo hard en lang als ik kan en durf. Ik loop en beul me af met K. voor ogen. Hij is nu in Boedapest. Trainingskamp. #Teamnlshorttrack. Mag eindelijk weer keihard over de 111 meter-baan, na weken wachten en schier eindeloos fietsen. En hij kan weer volwaardiger krachten; zijn sleutelbeen kan het nu hebben.
Ik draaf en denk aan hem. Vol trots. En met enige zorg. Haalt hij op tijd zijn achterstand in? Hij appte me er alles uit te halen.
Ik loop. Op het strand. Wat sprintjes + een aantal keren voluit zijwaartse schuifpassen. Ik loop en denk. Aan de stap die super-K. nu moet maken. Fysiek. Mentaal. De kwalificatie voor de World Cups wacht niet. Na zijn eerste ijstraining zei hij dat het heel lekker ging. Dat is hoopvol.
Ik ren. Hinkel de duintrap op. Knal op volle snelheid een paar keer diezelfde trap op. Zou peanuts zijn voor super-K., denk ik. Is pijnlijk voor mij, merk ik. Niettemin nóg een serie, met zijn inzet voor ogen.
Ik loop en weet: K. ziet en weet niets van wat ik hier nu doe en denk. Maar het geeft mij een goed gevoel: samen op weg vanuit een – totaal verschillende – ongewenste positie.
Vanuit zo’n positie kun je jezelf trouwens nog heel aardig verrassen. Overkomt mij nu, want het ging goed. En hem straks? Natuurlijk! Want hij is goed; nu, straks en altijd.
(dit is aflevering 420 van de Mallemolenserie op mijn blog. Meer lezen? Kijk op www.erikhuisman.wordpress.com)