Snelcursus

Vraagt de huisarts: “Hoe is het met je?”. We hadden elkaar al best lang niet gezien. En hij vroeg niet: “Wat kan ik voor je doen?”. Evenmin: “Waar kom je voor?”

Mijn krakende en pijnlijke oor en de onrust/ongerustheid over ‘iets’ in of met mijn longen parkeerde ik maar even. De bijpraatband werd gestart; het snertcellenavontuur van de laatste paar maanden.

Ik zeg dus dingen als ‘elke dag is een puzzel qua invulling, qua energie’, ‘gauw moe’ en ‘alles in mij is trager, zwakker, brozer, slapper, ingrijpender, minder’. Zaken als: ‘vooraf mijn week invullen met een activiteit van de dag doe ik niet meer, want onverwachte dingen die echt moeten en er dan dus bij komen, die slopen me’.

Ook: ‘als een activiteit zwaarder of intensiever uitvalt dan vooraf verwacht, dan bekoop ik dat de dagen erna’. En ik gaf een voorbeeld van laatst. Zoom-gesprek met een advocaat. Schadeding. Belangrijk. Dus gefocust. Dat lukt 3/4 uur. Dan is de concentratie moeilijker op te brengen, maar het gesprek was nog niet klaar. Doorgaan dus, doorzetten, volhouden. “Dat was een half uur. Dat red ik dan wel, maar het is roofbouw. Dat merk ik meteen erna,. De rest van de dag kun je mij afschrijven. En de dag erna. Mijn hoofd is dan leeg en vol tegelijk.” Dat het dan dus helemáál puzzelen is. Dat ik dat puzzelen ook wel leuk vind – of meer: uitdagend – maar het wel degelijk een puzzel is.

Het gaat ook over de neuropathie. En de last die dat geeft. Ik heb het over ‘een vreemd soort permanente aanwezigheid dat tussen pijn en kriebel in zit. Extra gevoel en gebrek daaraan. Moeite met evenwicht’ . En ‘bepaalde schoenen lijken sinds de chemo’s minder te passen of voelen sindsdien hard aan’. Het gaat over sporten en hardlopen. ‘Bij een wedstrijd kan ik harder, maar doe dat niet’. Dat ik nu loop als 2.0 (ontspannen tempo, op hartslag, maling aan wie me passeert) en dan drie dagen ouderwets lichte stijfheid voel. ‘Dat liever dan rennen als 1.0 (dus minimaal 12 km/uur en me mee laten slepen door de concurrentie), waardoor ik al tijdens de race naar de kloten ga en me drie dagen ziek voel.’

Ja, en ik vertel dat de dagen en de uren erin soms lang duren. Doordat het werken terecht is gestopt, zijn de werkdagen leeg. “Da’s niet erg”, zeg ik. En ook iets van ‘in plaats van het werkelijke werk zijn andere dingen gekomen. Er is genoeg dat ik graag wil doen. Het is het sociale dat ik ging missen, maar het lukt om geregeld mensen informeel te zien, te bezoeken, met ze bij te praten’. Helemaal oké, tot ….. .

Het gaat oké tot ik in een week een tikkie te enthousiast ben geweest. ‘Dan moet ik een week of langer bijtrekken, mijn voet op de rem houden, kan ik niet veel. Dan is een activiteit van de dag teveel, lukt lezen niet of moeilijker, net als andere ‘normale’ dingen. Hoofd te vol en leeg tegelijk. Dan is afspreken met mensen niet handig, want intensief. Dan is het onverklaarbaar soms ineens op. Dan lukt ook sporten maar mondjesmaat.’ En dan …

‘Dan telt de dag wel het ouderwetse aantal uren. Dan heb ik wel een goddelijke vrijheid, mag ik doen wat ik wil en hoef ik weinig, maar in zo’n periode moet ik wel op zoek naar tijdpasseringen die niet te belastend zijn en toch enigszins leuk. Iets vaker een uurtje vliegeren, een uurtje wandelen of een kruiswoordraadsel oplossen (max ***). Misschien tóch wat aardigs zien te vinden om op tv (terug) te kijken. Of wat van de nog te kijken dvd’s gaan afdraaien. Zoeken. Puzzelen. Of zelfs dat niet en maar wat (voor mijn gevoel) prutsen en lummelen.’

De dokter hoort het allemaal aan, kijkt in mijn oor, stuurt een recept voor oordruppels naar de apotheek, luistert naar mijn longen, kondigt een longfunctietest en foto aan, gaat weer zitten en kijkt me aan. “Eigenlijk”, zegt hij, “eigenlijk is dit gewoon oud worden, maar moet jij het doen in drie jaar. De snelcursus.”

Daar had ik niet van terug. Wou ik ook niet. Anderen zien het vaak scherper.

Het is wat het is. Oude man dus, al concludeerden we ook dat ik niettemin nog steeds een stuk fitter ben dan de meeste zestigers. 😉

(Dit is Mallemolen 414. Wil je meer Mallemolens lezen? Kan. www.erikhuisman.wordpress.com)