De wachttijd: de jodiumbron
De volgende afspraak staat pas gepland op 4 oktober. Aan de ene kant is het wel fijn om even niet naar het ziekenhuis te hoeven. Aan de andere kant hoop je dat alle vervolgonderzoeken zo snel mogelijk worden gedaan zodat de behandeling kan beginnen. Tussen de onderzoeken door werk ik, om mijn gedachten wat te kunnen verzetten.
Op 4 oktober 2022 gaan we naar het AVL om de jodiumbron in de tumor te laten inbrengen. Het gaat om een radioactief staafje, ter grootte van een rijstkorrel. Ik heb dezelfde radioloog als tijdens mijn echo twee weken eerder. Ze herkent mij ook nog. Fijn om een bekend gezicht te zien.
Nadat ze mijn borst heeft verdoofd brengt ze een naald in met daarin de rijstkorrel. Ik kijk mee op het beeldscherm hoe de rijstkorrel wordt ingebracht. Ik zie dat de naald naar binnen wordt geduwd en hoe het rijstkorreltje achterblijft. Daarna moeten we nog even wachten. Aangezien het om radioactief materiaal gaat moet er volgens de wet ook nog een mammogram worden gemaakt. Hiervoor moet een andere collega komen. Ze moeten zeker weten dat de rijstkorrel echt in de tumor zit. De radioloog vertelt me nog een verhaal over een keer dat de rijstkorrel per ongeluk uit de naald was gevallen en na zoeken onder een schoen van een van de aanwezigen in de onderzoekskamer teruggevonden werd.
Aangezien niemand de kamer mag verlaten totdat de mammogram is gemaakt, praat ik in de tussentijd nog wat verder met de radioloog en de assistente. Ik vertel de radioloog hoe erg ik het waardeer dat ze alles uitlegt terwijl ze bezig is en vertel haar ook over mijn ervaring in het Flevoziekenhuis. De radioloog zegt dat ze de patiënten behandelt zoals ze zelf ook behandeld zou willen worden. Ondanks dat we daar een gesprek hebben terwijl ik halfnaakt op de tafel zit voelt het totaal niet ongemakkelijk. Nou was ik al nooit preuts als het om mijn borsten ging. Ik vond het nooit erg om in mijn blote borsten bij professionals te staan en ik heb al sinds ik mij dat kan herinneren een mannelijke huisarts. Maar naar mate ik verder kom in dit kankertraject valt me op dat er zo vaak naar je borsten wordt gekeken en er zo vaak in wordt geknepen dat die preutsheid daarna waarschijnlijk bij iedereen die dit meemaakt wel verdwenen is. Het is voor mij heel normaal geworden om mijn shirt uit te trekken en in mijn blote borsten te staan.
De collega die de mammogram gaat maken arriveert. Ze neemt me mee naar de aangrenzende kamer en maakt een mammogram van mijn linkerborst. “Adem inhouden, dan lukt de foto het beste”, zegt ze. Wanneer de mammogram klaar is mag ik me weer aankleden. De mammogram is gelukt, de rijstkorrel zit goed op z’n plek. In het kleedkamertje schieten de tranen in mijn ogen, wat een rare wereld ben ik in beland. Wanneer word ik nou eens wakker uit die nare droom?
1 reactie
Lieve Lis,
ik ben ook patiënt in het AVL en heb in de afgelopen 4 jaar al veel medewerkers gezien en gesproken. Mijn ervaring is ook dat iedereen even vriendelijk en empatisch is. Één keer had ik een inval internist waar ik geen klik mee had. Het was gewoon opvallend hoe kil en afstandelijk ze was, terwijl dit vaak normaal gedrag is in andere ziekenhuizen. Daar valt het juist op als iemand heel vriendelijk doet. Toen ik dat de keer erop aan mijn eigen internist meldde dat ik haar niet prettig vond zei ze meteen: goed dat je het zegt. Het is zo belangrijk dat je een arts treft waar je een goed gevoel bij hebt. Je mag hier altijd aangeven dat je iemand anders wil. Dat vind ik echt top.
Ik ga jouw blog volgen. Ben benieuwd hoe het vanaf oktober met je is gegaan.
liefs, Monique