Over Genieten gesproken (Grrr)
Ik verveel me. En ik ben moe, of m'n lijf is moe en m'n geest gaat mee ik weet het niet. In ieder geval erger ik me dood aan mezelf, lig ik in de clinch met wie en hoe ik ben en wie en hoe ik wil zijn.
Tis begonnen toen de buitentemperatuur tien graden zakte en het uit was met de nazomer. Elk jaar heb ik moeite met de overgang naar de twee koude seizoenen. Al lukt het me steeds beter de schoonheid te zien van de herfst en de winter en niet weg te zakken in een zware melancholische stemming zoals mijn moeder.
September was een te gekke maand. Ondanks de warmte heb ik heerlijk gefietst, dagtochten van tachtig kilometer geen uitzondering. Honderden kilometers heb ik gereden, ging zó makkelijk, ik voelde me goed en was trots op mezelf. En dan komt het onvermijdelijke moment van afscheid van de zomer en van overschakelen naar andere activiteiten. Lopen in mijn geval, bij koeler weer moet ik elke dag lopen van mezelf. Moet... Dat lukte dus de eerste week al totaal niet. Zat ik chagrijnig op de bank met lekkers binnen handbereik, veel lekkers. Geen rust meer om te lezen of driesterrenpuzzels in te vullen. Eerder kon ik dit beter dan ooit, zowel thuis als op terrassen. Heftige discussie tussen m'n oren, over moeten en willen, geen zin hebben maar tegelijk weten hoe goed het voelt als je toch naar buiten bent gegaan, enzovoort enzovoort.
De onrust die zo in m'n hoofd ontstaat, die ik zelf creëer gaat bij mij altijd hand in hand met eten, veel eten. Ik word ontzettend gevoelig voor reclames op tv, ik wil die nieuwe koekjes onmiddellijk uitproberen. Groente, waar ik dol op ben, krijgt een ondergeschikte rol. Doe mij maar kroketten, ik ben verslaafd aan die knapperige bite. De kilo's vliegen eraan, dat lijkt met alle medicatie nog harder te gaan dan voorheen. Terwijl ik in augustus en door alle fietsen vorige maand net weer een paar was afgevallen.
Kortom: Ik zit (weer es) vast in het kringetje van niet lekker in het vel, frustratie-eten en vervolgens nog meer vastzitten door de aangekomen kilo's. Tot zover dit verschrikkelijke zeurverhaal. Maar er is hoop.
Ik weet dat ik hier uit kom, heb het immers tig keer gedaan. Alleen is er nu sprake van een geheel andere oorzaak van mijn frustratie. Ik verveel me. Ik werk niet, ik hoef niet te werken, ik ben ziek, ongeneeslijk ziek. Mijn nog niet zo lang gepensioneerde vriendinnen genieten dagelijks van hun vrijheid. Ze hebben allen meer dan veertig jaar gewerkt. De één benoemt heel stellig het recht dat ze heeft op die vrijheid, de ander geniet nog hardop als ze zich tijdens een wandeling realiseert dat de buitenwereld aan het werk is. En ik? Ik voel me zelden bevoorrecht, ik schaam me. Ik schaam me als ik een vriendin aan de telefoon heb die vertelt dat haar dienst nog tot elf uur 's avonds duurt. Of dat ze de volgende dag om vijf uur op moet.
'Maar je hebt Kahler!', roept een andere vriendin als ik het met haar over die schaamte heb. Ja nou en? Ik voel me soms beter dan m'n gezonde vriendinnen en dat is het punt. Natuurlijk ben ik me ervan bewust dat ik nooit meer kan werken zoals ik altijd heb gedaan. Ik kan het benauwd krijgen bij de gedachte, die niet irreëel is volgens mij, dat ik op dit moment naast de fysieke energie zelfs de mentale scherpte niet meer heb om op dat niveau te kunnen functioneren. Maar dat ik iets mis, dat er iets moet is duidelijk. Want hoe vaak kun je naar een tentoonstelling? Hoe vaak kun je de trein in stappen voor een uitje? Hoe vaak kun je gaan wandelen? Hoe vaak kun je naar Terschelling?
Misschien is in mijn geval een betere vraag, waarom kan ik niet genieten?
Grrr, van dat woord alleen al word ik opstandig. Mensen die eerder dood gaan dan de bedoeling is dienen te genieten van het leven. Of leven alsof elke dag je laatste is. Geen idee hoe je dat doet. Je voelt je goed of minder goed, kunt meer of minder ondernemen aan activiteiten op een dag. Een slechte dag kan dus ook je laatste zijn. Is dat erg? Wat is genieten eigenlijk precies? Kan dat alleen buiten de werksituatie? In goeie tijden genoot ik van m'n werk. De buzz, de stress, deadlines, die gaven me mijn drive. De collega's, de gesprekken, die mis ik. Had ik die ook gemist over vijf of zes jaar, als ik m'n pensioen had gehaald? Geen idee. Het maakt wel verschil hoe je afscheid neemt van je werkkring. Voor mij, ontdekt nu ik me al maanden naar verhouding goed voel, was het afscheid te vroeg.
Ik ben oplossingsgericht aan de slag gegaan. Morgen heb ik een gesprek in het AMC over vrijwilligerswerk. Er zijn veel mogelijkheden, genoeg te doen, maar ik hoop dat mijn eerste keuze gehonoreerd kan worden. Families opvangen op de IC, troosten, luisteren, ondersteunen naar behoefte, dat lijkt me machtig mooi om te doen. Over drie weken heb ik nog een gesprek, bij een andere organisatie, waar ik liefst gezinnen zou bezoeken met kinderen met obesitas. Ik weet hoe met kinderen en ouders om te gaan en ik ben zelf immers een expert op gebied van alles wat met verandering van eet-en leefstijl te maken heeft.
Over een paar dagen vertrek ik voor de laatste keer dit jaar naar mijn eiland. Ik zie die week als een overgangsfase. A kan ik daar wèl genieten zonder opstandig te worden. Of ik iets doe of niets maakt niet uit, daar ben ik geestelijk rustig. B hoop ik na die week op korte termijn minimaal twee dagdelen te kunnen 'werken'. Die behoefte heb ik, structuur in de week, meer dan huishouden en een beetje buiten bewegen. M'n wereldje vergroten, want ik wil niet afstompen door het thuis zijn. Je kunt nog zo veel online colleges volgen, documentaires op televisie terugkijken, boeken lezen en puzzelen, contact met levende (nieuwe) mensen is voor mij op dit moment de beste motivatie voor verandering.
Dus ga ik zo op de vloer liggen voor yoga, loop ik daarna vijf of meer kilometer door het park en eet vanavond groente en geen kroketten.
6 reacties
die overgang van de zomer naar de herfst met bij behorende verschijnselen herken ik helemaal. Meestal wordt ik dan ook verkouden en m'n bijholtes doen dan ook van zich spreken. Naar bed en en deken over m'n hoofd en de eerst drie dagen niet aanspreekbaar.
Voor wat het "moeten" genieten: ik ben, op bovengenoemde verschijnselen na" gezond.Maar toen ik met p\pensioen ging zei iedereen: zo nu ga je zeker genieten alsof ik voor die tijd niet genoot.
Het woordje genieten heb ik dan ook in de loop van de tijd vervangen door het woordje "bewust". Bewust zijn van de dingen die je wel kan, je vrienden, de mooie wolkenpartijen in deze tijd van het jaar, familie en ga zo maar door.
Ik hoop voor je dat je een nuttige en goede tijd kan vinden in het vrijwilligerswerk.
Met vriendelijke groet
Maarten
O ja geef mij maar een kalfskroket van van D...be.
Ik zit hier ook snotterend op de bank, de troep komt zelfs mijn, niet meer zijnde oog uitgelopen. Yep, het is herfst, overduidelijk!
Lekker herkenbaar weer, jouw verhaal. Ik heb zelf nu even geen tijd om in de depri-stand te schieten. Ondanks dat ik niet werk heb ik het razend druk. Met allerlei taken zoals vrijwilligerswerk, hobby's ed. Soms zucht ik: en denk 'laat me nu eens met rust' als er weer iemand iets van me vraagt. Aan de andere kant is er dan dat stemmetje: ja, maar je hebt nu tenminste iets te doen, en anders ga je 'bankhangen' en dat moet ik in de winter NIET doen, dan raak ik weer van de wap en ga lijdzaam liggen wachten op de zomer.
Over dat woordje genieten ... het is zo'n cliché. Ik besteed er maar weinig aandacht aan als iemand dat zegt. Ik geniet van alles, elke dag weer, maar dan wel op mijn manier. Maar het niet-genieten geef ik ook de ruimte. Ik heb gewoon recht om soms boos en angstig te zijn. Klaar. En wie dan problemen met me heeft die loopt dan maar een straatje om ... besteld een kroket ... en komt maar terug als hij of zij denkt dat mijn lastige bui is gezakt.
Overigens vind ik die oven-exemplaren een uitkomst... lekker knapperig en zonder vettige en gevaarlijke frites-pan.
Wat goed dat je dagen gevuld zijn, soms zelfs te gevuld begrijp ik. Ik kan me verplaatsen in je 'angst' voor dat bankhangen, zeker in de winter. Op mijn eiland Terschelling heb ik vorige week 70 km gelopen, eenmaal weer thuis moet ik me de deur uit schoppen om ook hier dat bewegingsschema aan te houden. En ik moet toegeven dat ik 'genoten' heb van dat lopen haha, er is geen andere term. Groot gelijk dat we ook chagrijnig mogen zijn, om wat voor reden ook. Sinds gister word ik ingewerkt als gastvrouw in het AMC, op een afdeling chirurgie voor zware operaties. Ik heb genoten. Volgende week een intakegesprek bij Humanitas, dus mijn week krijgt steeds meer structuur en dat was mijn streven.
Uh....ik hou 't op de groente en de (vette) vis
Groet, Anneke
Ik heb met verbazing je verhaal gelezen, het zou zo maar het mijne kunnen zijn. Ik herken mezelf er in, heb ook wat last van de overgang naar de herfst en winter, terwijl de andere seizoenen zo goed gaan. Lekker nog even op vakantie geweest naar Zeeland, nergens last van, wandelen langs het strand, geen enkel probleem. Ook het niet meer werken en niet meer deelnemen aan dat leven, maakt het er niet makkelijker op. We hebben nu twee dagen in de week de hond van onze zoon en zijn vrouw, dus moeten we wel naar buiten en hebben er echt plezier in, regen of niet hij moet uitgelaten worden. Hij loopt zoveel, dat hij ons soms stomverbaasd aankijkt, van gaan we nu al weer. Verder doe ik veel met mijn zus en midgetgolfen we tegenwoordig, nooit gedacht dat ik dat leuk zou vinden, maar proberen op wedstrijdniveau te komen en het is lekker buiten. Het woord genieten, ben ik inmiddels allergisch voor geworden.
Ik vind het leuk om wat van je te horen, ga nu een blokje om met de hond, maar veel te vroeg voor een kroketje (ben overigens gek op bitterballen, mag dat ook ?).
Groeten Corine
Oh ja, bitterballen zijn ronde minikroketjes dus helemaal goed!
Ik kwam erachter dat ik echt een maatschappelijke omgeving miste. Een sociaal netwerk, belangrijk, is toch iets anders. Vandaar dat ik nu met intens plezier de wereld van het AMC, de achterkant als het ware, observeer. In elk geval wil ik twee maal per week de maatschappelijke buitenwereld in. En dan tussendoor heerlijk wandelen, met of zonder hond en minigolfen enz enz...