Als een klein bazinnetje lig ik na de operatie te praten en te grappen

'Daar ben je weer', hoor ik ergens in de verte. Stttt! Ik lig zo heerlijk te slapen, waarom me nou wakker maken? Maar de stem blijft volhouden en dus open ik mijn ogen. Oh ja. Ik ben net geopereerd! Ik zie het vriendelijke gezicht van de anesthesie medewerker. 'Wil je een ijsje?' Dat wil ik wel. Ik slik, maar ik merk dat ik helemaal geen keelpijn heb. Dat had zomaar gekund na de intubatie om mijn ademhaling kunstmatig over te nemen. Toch smaakt de ijslolly heerlijk. Na een paar hapjes merk ik dat ik weer wegval. Ik wil zo graag slapen. Ik kan me niet herinneren dat ik zo lekker geslapen heb. Ik doezel weer weg. Maar als ik weer wakker word merk ik pas hoeveel pijn ik op m'n borst heb. Ik zeg het en de medewerkster gaat overleggen of ik nog wat pijnstilling mag. Even later krijg ik er wat bij in mijn infuus. Heerlijk. Maar dan merk ik dat ik moeite heb met ademhalen. Ik ben benauwd. Ik wil diep ademen, maar dat lukt niet. Ik raak in paniek. 'Dit hebben we je verteld, weet je nog? Het lijkt alsof je niet kan ademen, maar dat kan wel gewoon'. Oh ja. Ik herinner het me weer. Maar het weten is wat anders dan het daadwerkelijk voelen. 'We gaan je sowieso terugbrengen naar je kamer, je familie zit op je wachten'. Oke. En daar ga ik, mijn bed wordt weggereden en ik mag overstappen naar een ander bed, waar mijn verpleegsters al op me staan te wachten. 

Als ik mijn kamer word ingereden zitten mijn lieve vriendinnetje en moeder op me te wachten. Ze zijn blij om me te zien, maar ik ben nog even met mezelf bezig. Het overstappen op mijn eigen bed gaat nog niet zo makkelijk. Ik heb twee drains in mijn lijf, waar twee grote potten, een soort van bidons, aan vastzitten. Gelukkig helpen de zusters me en dan lig ik weer in m'n eigen bed. Het zit erop. Alles is goed gegaan. De operatie is geslaagd. Ik mag wat eten, wat wil ik op m'n brood? Hagelslag! Eindelijk ontbijten. Even later zit ik half rechtop in bed te genieten van mijn beschuitje met kopje thee. Naar beneden kijken durf ik nog niet. Hoe zou het eruit zien? Ik wil het niet weten. Ik begin te vertellen hoe het allemaal ging, hoe lief het OK personeel was, hoe ik met ze heb gekletst totdat de narcose in begon te werken en hoe ik wakker werd. Hoe het me allemaal meeviel. Naar mate de tijd verstrijkt voel ik me beter en beter en als een klein bazinnetje lig ik te praten en te grappen. Als mijn vader aankomt krijgt ook hij het hele verhaal te horen.

Dan is het tijd om te plassen volgens de zuster. Dat overeind komen is nog best een gedoetje. Ik kan het niet zelf en dus helpt ze me. Oei. Duizelig als ik rechtop zit. Even wachten. Dan schuifel ik met de zuster richting de badkamer. Lopen is best ingewikkeld. Jeetje. Mijn zuster rolt mijn infuus met me mee, ondersteunt me en houdt mijn drainpotten vast. Als ik de badkamer heb bereikt voelt het alsof ik een marathon heb gelopen. Als ik bijna bij het toilet ben zie ik sterretjes. Ik zeg het tegen de zuster. Voor m'n gevoel gaat dit wel weer weg zo, maar de zuster besluit dat we terug naar bed gaan. En dan ben ik een stukje kwijt. Ik voel mijn gehoor een soort van dichtklappen, de wereld is helemaal weg en even later lig ik weer in mijn eigen bed te zweten als een otter. De zuster en mijn vriendin hebben me gegrepen, omdat ik wegviel. Eenmaal op bed heb ik het zo ontzettend warm. Ik open mijn pyjamaknoopjes en wapper en blaas naar beneden. Mijn familie kijkt me met geschrokken gezichten aan. Ik ben net flauwgevallen en al het bloed is uit mijn gezicht getrokken. 'Nu weet ik waar de term 'lijkbleek' vandaan komt', zegt mijn moeder later. Oei. Weg is het binkengedrag van zojuist. Waarschijnlijk zat ik daarvoor lekker op een high van de ketamine en andere pijnstillers. Maar nu is het 180 graden gedraaid. Ik heb pijn en ik wil alleen maar liggen en niks. 

Als ik een beetje ben bijgekomen komen mijn chirurgen bij me kijken. Ze komen bij me op bed zitten. Zo lief. Alles is goed gegaan zegt mijn oncologisch chirurg, de klier in mijn oksel hebben ze vanuit mijn borst kunnen bereiken, dus daar zit geen extra litteken. De plastisch chirurg vertelt dat er 570 gram weefsel uit mijn rechterborst is gehaald en dat hij een tissue expander van 550cc heeft geplaatst en deze al met 50cc is gevuld. Alles is perfect verlopen. Mijn pyjama moet weer eens open (ik moet me straks er nog van gaan weerhouden om niet aan iedereen mijn borsten te laten zien ;-)) en voorzichtig drukt hij op mijn borst. Ik heb toch even stiekem naar beneden gekeken. Aan de binnenkant van mijn rechterborst zag ik een kleine mini heuvel. Dat vond ik er best mooi uitzien, eigenlijk. Maar dan schreeuw ik het uit van de pijn. Ik weet niet waar mijn plastisch chirurg op zit te drukken, maar ik ga door de grond. Ik brul en moet heel hard huilen. Mijn oncoloog pakt mijn hand en troost me, weet me weer rustig te krijgen. Het kan zijn dat de drain op een zenuw zit. Daar helpen pijnstillers niet tegen. Ik geloof niet dat ik ooit zoveel pijn heb gehad. Iedereen die erna weer eens mijn borst moet zien krijgt een boze blik van me en die knoopjes maak ik zelf wel open. Alleen door een vingerkootje tegen mijn borst ga ik al door de grond. Afblijven.

De nacht die ik in ga is niet best. Ik heb ontzettend veel pijn. Als ik wakker word lig ik een beetje onderuit gezakt en ik kan mezelf niet omhoog hijsen. De knop om de verpleegster te bellen ben ik kwijt en ja, uitreiken om dat apparaatje te zoeken lukt ook niet, dus ik zit gevangen. Urenlang lig ik in een onmogelijke houding. En ik moet eigenlijk plassen. Maar no way dat ik na het succes van vorige keer weer ga plassen. Ik drink zo weinig mogelijk en ik houd alles lekker op. Natuurlijk ga ik dat niet eeuwig volhouden, maar voor nu nog even wel.

Om zes uur komt de nachtzuster ons alweer wakker maken. Half zeven ontbijt. Man, man. De verpleegster komt aan met een enorm dienblad met daarop een minuscuul beschuitje met hagelslag en een kopje thee. Van de plastisch chirurg moest ik licht ontbijten. Door mijn flauwvallen zijn mijn drains heel hard gaan lopen de dag ervoor. Een interne bloeding dus en daarom krijg ik een licht ontbijt. Mijn moeder daarentegen zit aan een enorm dienblad met fruit, yoghurt, heerlijke broodjes, de lekkerste belegjes. Een beetje beteuterd begin ik aan mijn beschuitje. Om negen uur komt mijn plastisch chirurg weer langs en ja hoorrrr, hij moet de borsten weer zien, dat ziet er goed uit zegt hij en omdat de drain niet heel veel meer is gaan lopen mag ik ook een normaal ontbijt nu. Yes! Maar wat ik me niet besef is dat dat echt heel goed nieuws is. Er was een kans dat ik nog een keer onder het mes moest vandaag door die interne bloeding. Maar nee, ik mag nu echt goed gaan ontbijten en daar geniet ik volop van.

1 reactie