Tweede kuur van twaalf
Op maandag 4 september schreef ik:
Vier dagen na de toediening van de nieuwe kuur kreeg ik een terugslag en sloeg de vermoeidheid weer toe. In overleg met het ziekenhuis besloten we de volgende kuur een week uit te stellen. Dus ik heb twee weken rust gehad en vandaag ga ik voor de tweede kuur van deze reeks. Ik hoef maar één middel deze keer.
Terugkijkend op de maanden moet ik zeggen dat het mij veel zwaarder is gevallen dan ik eerst verwachtte. Gelukkig is er veel overleg mogelijk over extra hersteltijd of aanpassingen in de dosering. Dat geeft wel rust. Ik realiseer me nu dat ik veel te makkelijk heb gedacht over het hele traject en dat ik echt veel rust moet nemen. Verwachtingen bij moet stellen en dat de nadruk op herstel mag liggen. Ik wil graag weer ‘gewoon’ verder met mijn leven maar dat kan gewoonweg niet. De komende maanden zullen nog steeds in het teken van de behandelingen en het herstel daarvan staan. Ik heb mij dus bedacht dat ik het hier thuis maar zoveel mogelijk naar mijn zin moet maken.
Ik merk dat ik nog steeds de neiging heb de zwaarte van alles te bagatelliseren. ‘Het valt wel mee’ te zeggen. Het is een manier om alles aan te kunnen. Het maar in stapjes toe te laten van de ernst van de situatie. Ik dacht zoiets als: ik heb borstkanker maar alleen maar een klein beetje. Ik moet gewoon even door die chemo heen voor de rest stelt het niet zoveel voor. Dat is natuurlijk niet zo. Wat overkomt mij toch?
Ik merk dat ik toch weer opzie tegen de kuur. Toch weer weerstand voel om naar die afdeling te gaan.