Hoop. Een jaar na de diagnose uitgezaaide prostaatkanker.
Wat had ik een jaar geleden, als "verse" prostaatkankerpatiënt met uitzaaiingen in liesklieren, in een ruggenwervel en in een rib, willen lezen, willen weten? Wat zou me moed hebben gegeven? Het antwoord daarop staat helemaal onderaan deze blog.
Op 8 februari 2023 kreeg ik de diagnose van de uroloog te horen. Terugzoekend in Outlook zie ik dat ik in september, dus pas een half jaar na de diagnose, een account aanmaakte op kanker.nl. Het had me vast geholpen als ik dat eerder zou hebben gedaan.
Want na de diagnose zakte ik in een dip. Ik hield er rekening mee dat ik het einde van het jaar niet zou halen. Maar kijk eens aan: ik ben er nog!
Familie en vrienden waren een grote steun. Zij gaven troost, maar konden natuurlijk niet veel zeggen over de prognose. De grote zorg zat hem juist in de prognose. De artsen gaven wel een prognose, maar hielden zich wat dat betreft toch ook wel wat op de vlakte. En daar heb ik wel begrip voor, maar aan de andere kant schiet dat niet erg op.
Kennissen probeerden met opbeurende mededelingen te komen. Ja, het leek soms of iedereen wel een oom of een buurman had met prostaatkanker, die daar al meer dan 20 jaar mee leefde. Maar als je dan doorvraagt, bleken die ooms en buurmannen allemaal geen uitzaaiingen te hebben op het moment dat bij hen prostaatkanker werd vastgesteld. En dan kan ik er natuurlijk niet zoveel mee.
En ook het veelgehoorde verhaal dat er meer mensen dood gaan mét, dan ààn prostaatkanker. Dat kan wel zo zijn, maar mijn kanker was uitgezaaid. Naar klieren en botten. En dan denk ik dat de goedbedoelde bemoediging niet op mijn situatie van toepassing is.
Wat doet mij dan wel goed?
Vakantie. In het afgelopen jaar ben ik met mijn partner met de auto op en neer gereden naar Spanje. Onderweg kamperend, in een klein tentje, zoals we dat altijd deden voordat ik hoorde dat ik kanker heb. Vier campings op de heenweg en ook vier campings terug. Het was eerst natuurlijk wel de vraag of dat zou lukken. Maar dat ging goed, dat ging eigenlijk prima. En waarom ook eigenlijk niet? Ik kan het nog.
Wat me ook helpt:
Lotgenoten. Sinds een half jaar wandel ik regelmatig met iemand die ook prostaatkanker heeft. Ik leerde hem kennen via "Nieuws", het magazine van de prostaatkankerstichting. Hij heeft veel meer botuitzaaiingen dan ik. En we wandelen regelmatig samen. Wandelingen van een kilometertje of zes over behoorlijk geaccidenteerd terrein. En dat gaat helemaal top.
Ik ken inmiddels meer mensen met prostaatkanker. Het zijn mijn vrienden geworden. We zijn altijd actief en we geven elkaar veel energie. Dat is goud.
En:
Hobby's. Ik heb me aangesloten bij een klusgroep. Iedere woensdag komen we 's ochtends samen. Koffie, en daarna samen aan het werk. We hebben het nooit over kanker, ik kom daar voor mijn liefhebberij: vogels, uilen, valken, grutto's, noem maar op. Het geeft me iedere week een enorme boost.
Zo zie je maar. Eerst, een jaar geleden, dacht ik dat mijn dagen geteld waren. Maar nu ga ik ervoor. Ik wil nog jaren en jaren doorgaan.
Ik moet ervoor zorgen goed met mijn medicatie en de bijwerkingen om te gaan.
Het eerste jaar met kanker kenmerkte zich door erg veel bezoeken aan artsen in het ziekenhuis. Dat wordt nu veel minder.
Waar het om gaat zijn de mooie en goede dingen die ik kan beleven tussen de ziekenhuisbezoeken in. Dat betekent dan ook dat, als ik een afspraak in het ziekenhuis krijg op een moment waarop ik al iets moois had gepland, dat moois dan voor gaat, en de afspraak in het ziekenhuis wordt verzet.
Ik heb nu goede hoop. Een jaar geleden zat ik behoorlijk in de rats. Natuurlijk weet ik niet hoe mijn toekomst er precies uit gaat zien. Maar ik wil van iedere dag genieten. En ik ga voor het beste. Ik ga voor jaren.
Dus het antwoord op mijn vraag aan het begin van deze blog is als volgt. Had ik maar, toen ik de diagnose kreeg, een blog als deze gelezen.
1 reactie
Mooi dit verhaal, Sam. Zo hoopgevend en iets om je aan vast te houden, niet alleen jij maar ook wij lezers.
Moustache