De uitslag
Wat duurde de middag lang. Mijn man had ‘s middags ook vrij genomen van het werk om bij mij te kunnen zijn. We deden elk ons ding en toen was het ineens 16.15 uur toen de telefoon ging. Mijn hart zat in mijn keel, ik was zo zenuwachtig. Toen ik de telefoon opnam, was daar Inge aan de andere kant van de lijn. “Ik heb geen goed nieuws”, zei ze. “Het is niet goed, je hebt borstkanker”. Ik begon heel hard te huilen. Ik had natuurlijk al het idee dat het niet goed zat, maar om het definitief te horen vond ik echt heel heftig. Inge liet me huilen en begon later te praten en toonde medeleven. Ze vroeg of ik alleen was of dat er iemand bij me was. Godzijdank was mijn man er. Inge vertelde me dat ik de volgende dag al door de MRI scan kon voor verder onderzoek. Fijn dat dat zo snel kon! Over een paar dagen, dinsdag 5 september hebben we weer een afspraak in het ziekenhuis met Inge. Dan krijgen we de uitslag van de MRI scan is is de uitslag van de biopten er ook. Want we weten nog niet zo veel. Welk type, hoe groot, waar zit het?
Mijn eerste gedachte na het telefoontje was: ‘Dit was het dan, dus dit wordt mijn dood’. Wat volgt is weer huilen, het komt uit mijn tenen, ik voel me wanhopig. We huilen samen, houden elkaar stevig vast, willen niet meer loslaten. Klaas zegt:” Je wordt weer beter! We gaan hier samen tegen vechten, ik ben bij je, we doen het samen! Je wordt weer beter hoor je me”. En ik wil het zo zo zo graag geloven, dat ik echt weer beter wordt….
Dan realiseer ik me dat ik dit vreselijke nieuws wil delen. Ik denk aan de kinderen, onze ouders, broers en zussen, vriendinnen, mijn leidinggevende, fijne collega’s. We willen het onze kinderen in levende lijve vertellen, en onze ouders eigenlijk ook. Ik ga eerst mijn beste vriendinnen bellen. Ze wachten op een telefoontje met de uitslag. Elke keer als ik het vertel, moet ik zo erg huilen. Dit is zwaar om te doen, maar ik vind het ook belangrijk om ze op de hoogte te stellen. Iedereen die zo heeft meegeleefd en van ons houden en die we ook zo nodig hebben in onze strijd tegen deze rotziekte. Het bellen is een uitputtingsslag. Alle emoties zijn zo heftig.
Samen zijn we het erover eens het onze kinderen de dag erna te gaan vertellen. We gaan ‘s avonds naar mijn moeder (mijn ouders zijn gescheiden, wonen wel in hetzelfde dorp en hebben ook goed contact, maar mijn vader is beginnend dementerende) om het te vertellen. Ook dat is heel emotioneel. Hoe moet het voor een ouder voelen dat je kind ernstig ziek is? We besluiten om het mijn vader pas volgende week te vertellen, na de volledige uitslag.
‘s Avonds in bed houden we elkaar vast en zeggen we hoeveel we van elkaar houden en het zo goed hebben. Wat staat ons allemaal nog te wachten?