Op slot

Op 29 augustus jl. valt het oordeel: borstkanker. 
Drie tumoren in mijn rechterborst, zowel hormoongevoelig als HER2 positief.

Ik hoor het aan maar het landt niet. Tuurlijk, ik voel een harde knobbel in mijn borst maar met mijn 36 jaar is borstkanker toch niet wat de diagnose moet zijn?
Gelaten laat ik me de weken daarna van onderzoek naar onderzoek leiden. Ik onderga het.
Af en toe vliegt het me aan en schiet ik even vol. Maar meestal voel niks. Ik zit op slot.

Het bericht deel ik met familie en vrienden. Tranen vloeien... Bij hen, niet bij mij. Ik ben afgestompt.
Ik voel me schuldig dat ik deze lieve mensen verdriet doe. Dat raakt me en dat doet me een traantje wegpinken.
Eenmaal bekend binnen de kennissenkring duurt het niet lang voordat het als een lopend vuurtje over het dorp gaat. De brievenbus vult zich dagelijks met kaarten van mensen die bewogen zijn met onze situatie. Ons huis vult zich met bossen bloemen en presentjes die worden gestuurd. 
Ik ben onder de indruk van deze aandacht. Maar ik voel niks.

De eerste chemokuur staat op het programma. Hier ben ik helemaal op gefocust. Als het infuus met de eerste medicijnen aan wordt gesloten, dan word ik vast heel emotioneel, zo redeneer ik. Dan komt vast het besef...
De dag van de chemo breekt aan. Gelaten stap ik de afdeling op, laat een infuus prikken en het medicijn wordt aangesloten om in te lopen... 
En weer; niks.

Ik heb het gevoel dat ik een bodemloze put ben. Alle informatie die gedeeld wordt door de artsen hoor ik aan, maar tegelijkertijd landt het niet.
Waar die artsen het over hebben... Ik weet het niet. Dit is niet mijn verhaal, toch?

De ongecontroleerde huilbuien blijven uit, de boosheid blijft binnenskamers. Ik kom er niet bij. Het is alsof ik van de zijkant naar mijzelf kijk, ik ben een vreemde voor mijzelf.

Even lijkt de deksel zich op te lichten wanneer één van de kinderen in mijn irritatie schiet. Ik smijt de slaapkamer deur verschillende keren keihard dicht. En dat geeft ietwat voldoening. Ik voel iets. Boosheid. Woede. Frustratie. En dan, ineens verdriet. Een paar tranen komen naar buiten. Maar net zo snel als ze opkomen, drogen ze weer op. Ik keer terug naar de gevoelloosheid. 
Maar toch, het slot is gebroken.
Een eerste stap naar acceptatie en verwerking.

Mijn naam is Bianca, ik ben een 36 jarige vrouw die midden in het leven staat.
Ik ben een echtgenote van een lieve man;
Een moeder van twee mooie meiden;
Een (klein)dochter;
Een schoondochter;
Een (schoon)zus;
Een vrouw met dierbare vrienden om haar heen;
Een wijkverpleegkundige en collega;
Een hobby muzikant bij een brassband;
Een christen, betrokken bij de gemeente waar ik kerk.

En... Ik ben kankerpatiënt.