Terug in het kikkerlandje....
Vandaag twee weken geleden was ik vertrokken naar Nederland. Terug naar huis. De vakantie was voorbij. Terug naar ons koude kikkerland. Moet zeggen dat ik de kou wel even omarmd heb hoor. Poeh, wat was het heet op dat eiland, niet normaal. Elke dag wel een gevoelstemperatuur van tussen de 40 en 44 graden! Dus het was wel even prettig om de frisse lucht van Nederland weer even te voelen.
Ik heb een heel fijne vakantie gehad. Ik was in staat om oprecht en bewust te genieten van alles en iedereen. Ik zeg oprecht, omdat het sinds de diagnose leek alsof er iets vastzat en mij belemmerde om mezelf te zijn , alsof ik in rouw was en het niet gepast was om blij en uitbundig te zijn. Was er wel een reden om blij en vrolijk te zijn? Mag je zo vrolijk doen als je zo ernstig ziek bent? Nou, dat bedrukte gevoel heb ik op Curaçao gelukkig kunnen verbannen. Ik kan me herinneren dat ik genoeg momenten had waarbij ik met mijn vriendinnen heel hartelijk heb kunnen lachen om de gekste dingen. Lachen tot ik buikpijn kreeg. Daar wilde ik komen, gewoon ouderwets genieten van de dingen om me heen. Plezier en veel lol hebben. Ook heb ik alles bewust beleefd. Je weet maar nooit of het de laatste keer zou kunnen zijn. Ik ben ervan overtuigd dat de vakantie mij enorm goed heeft gedaan. Het was ook nodig, want ik voelde dat ik in Nederland steeds meer wegzakte in verdriet en zelfmedelijden. Zo ver weg, helemaal uit de omgeving, weg van de “plaats der delict” heeft ervoor gezorgd dat ik me weer kon opladen.
Ik kon merken aan iedereen, dat ze heel blij waren om me te zien. Vooral om te weten dat het goed gaat. Op zo’n klein eiland is de kans dat je een bekende tegenkomt altijd aanwezig. Zo liep ik in de stad en hoorde mijn naam noemen uit een voorbij rijdende auto. Ik keek om en zag een oude schoolvriend van mij (hij wist via FB dat ik ziek was); hij keek zó blij en vertelde dat hij echt heel blij was om te zien dat ik er was en ook zo goed uitzag. Bedankt Raymond! You made my day. Een volgende keer, ook in de stad, hoorde ik: “dushiiiiii!!” Ik keek om en zag weer een oude schoolvriend. Hij zei: “heeeey Norinda, hoe gaat het? Je weet niet hóe blij ik ben om jou te zien. Wat goed, zeg! Ga zo door en zorg voor jezelf! Dank je wel Ademar. You also made my day!
Hihihihi, ik moet inwendig en soms ook gewoon hardop lachen als mensen roepen: “wat zie je er goed uit!” Niet dat ik vroeger er niet uitzag, maar ik weet precies wat ze bedoelen. Misschien hebben mensen een bepaald beeld bij kankerpatiënten. Dat had ik zelf ook, hoor. Dat je er bleekjes uitziet, verdrietig, kaal en uitgedoofd en misschien ook magertjes. Maar ja, dat ben ik allemaal niet en dat verbaast ze misschien. Ik zie er goed uit, voel me goed, heb zin het leven en straal dat ook uit!