Verhuizing

De laatste dag in Rotterdam is aangebroken. Om 10.00 uur zal Theo worden opgehaald door de ambulancemedewerkers, dus om 9.00 uur ben ik bij hem om de laatste spullen in te pakken en samen te wachten. Er hangt een lichte tomatensap lucht in de kamer en om Theo heen, de bewaarvloeistof die nog steeds via de poriën zijn lichaam verlaat. Zelf ruikt hij het niet. Na het douchen is hij wat vermoeid, dus het fietsen schiet er dit keer bij in. De verpleegkundige komt zeggen dat de ambulance eerder zal komen. Dat is mooi, maar terwijl we vanaf de 9e etage kijken naar de mammoet kraan die glazen voorschermen op de gevel vervangt, kruipen de wijzers langzaam toch naar 10.00 uur toe en er voorbij. Dan stappen er twee dames naar binnen die Theo uitnodigen om op de brancard te gaan liggen die in de gang staat. Met een mondkapje op wordt hij vastgesnoerd en naar de lift gereden. Ik ga mee naar beneden en terwijl zij nog een verdieping lager gaan, loop ik naar de auto in de garage en ga op weg naar Tilburg. Al snel zie ik in de achteruitkijkspiegel de ambulance achter me aan rijden. Eenmaal op de snelweg gaan ze me voorbij, waarna ik ze probeer bij te houden. Dat lukt en we arriveren tegelijk bij het ziekenhuis. Bij de lift komen we elkaar weer tegen en ik ga mee naar de 5e etage waar de isolatiekamer ligt, de enige van de afdeling. Een heel verschil met het Erasmus waar ze er 50 hebben. Als Theo is geïnstalleerd en zijn lunch is besteld, komen de zaalarts en de behandelaar langs, kijken hoe het met hem gaat en of er bijzonderheden zijn. Die zijn er nu niet, maar ze verwachten die wel in de zware dip waar Theo aankomend weekend in zal komen. Daar wil hij nog niet aan denken, dus na hun vertrek stapt hij op de hometrainer en fietst zijn eerste 15 minuten van vandaag. De lunch wordt gebracht, een maaltijdsoep. Theo probeert het deksel op te tillen, maar die is best zwaar. Eenmaal opgetild kijkt hij verbaasd naar het bord eronder: geen soep te zien. Dan valt met een knal de kom onder het deksel vandaan op het bord, breekt in stukken en de inhoud vliegt alle kanten op: in mijn ogen en haar, op mijn kleding, de tafel, gordijnen, muur, vloer, ramen en het bed. We liggen dubbel van de lach, terwijl ik de hete soep uit mijn ogen spoel onder de koude kraan. Gelukkig wordt alles snel schoongemaakt. Blijkbaar is het vaker voorgekomen dat een soepkom vacuüm wordt getrokken onder het deksel sinds ze nieuwe onderborden hebben. Nieuwe soep wordt snel gebracht en Theo eet die met smaak op. Hij gaat rusten en ik ga naar huis. Tegen 16.30 uur ben ik terug met plaid en Lego en avondeten voor mezelf. Theo heeft een half uurtje gefietst, zit weer aan het infuus met vocht, krijgt medicatie en ook een trombose prik uit voorzorg omdat hij minder zal gaan bewegen. Als hij zo weinig bloedplaatjes heeft dat er geen klontjes meer gevormd kunnen worden, stoppen ze daar weer mee. De verpleegkundige vraagt of hij iets wil tegen misselijkheid, maar daar heeft hij geen last van. Zijn avondeten gaat er goed in. Fijn dat we samen kunnen eten. Ik ga op tijd naar huis. We hebben allebei een rustige avond, Theo maakt nog wel zijn uur fietsen vol. De eerste dag in Tilburg zit erop.

6 reacties