Mijn verhaal (3) - van kei naar kei

De arts was aardig, maar ook behoorlijk warrig. Het duurde voor mijn gevoel uren voordat hij me eindelijk vertelde waarom het volgens hem terecht was, dat ik op zijn spreekuur bij de Centrum voor Longkanker met spoed ertussen was geplaatst.

Bij de juiste vragen kwamen er echter ook duidelijke antwoorden en dat was fijn. Kort samengevat: er was een afwijking te zien in mijn long. Een tumor die oplichtte tijdens de PET-scan. Ook een paar cystes in mijn lever, maar die gaven geen licht en waren dus ook minder zorgwekkend.

Toen de arts hoorde dat ik in een (heel) grijs verleden in Mexico had gewoond, werd de mogelijkheid van een “tuberculoom”, een soort ingekapselde ontsteking, meegenomen op de lijst van mogelijkheden. Het meest waarschijnlijke was volgens hem echter een carcinoīd, een ‘NET’ (Neuro-endocriene tumor) in de longen. Weliswaar kwaadaardig, maar – zoals hij het noemde – wel “mínder kwaadaardig” dan andere tumoren. De vorm van de afwijking leek volgens hem echter op iets goedaardigs te duiden.

Desalniettemin was het oplichten op de PET-scan geen goed teken, dus werden er, naast een longfunctietest en hartfilmpje, ook een bloedonderzoek (o.a. op tuberculose) en een CT geleide biopt gepland. Op mijn vraag of ik me zorgen moest gaan maken als de uitslag niet goed zou zijn, kreeg ik een helder antwoord: ook dan is de tumor goed te verwijderen.

Het biopt kon pas negen dagen later ingepland worden, waardoor de afspraak met de arts voor de uitslagen zelfs pas twee weken later plaats kon vinden. Mijn lichaam werkt op andere vlakken al jaren niet mee en ik ben gewend maanden op afspraken bij specialisten te moeten wachten. Toch leken deze twee weken nu eindeloos…

Collega’s en vrienden stuurden na dit nieuws lieve berichtjes, kaartjes, bloemen en cadeautjes. Heel lief en tegelijkertijd ook een beetje ongemakkelijk. Afgezien van het feit dat ik steeds moe en benauwd was, voelde ik me niet zo heel ziek. En de kans dat de uitslag 100% meeviel, was ook aanwezig. Door al die aandacht en steunbetuigingen leek het een beetje alsof de slechte uitkomst al bevestigd was. Dat maakte het wachten niet bepaald minder spannend.

De tussenliggende afspraken verkortten de tijd iets: zo sprong ik voor mijn gevoel van kei naar kei, met kolkend water om die keien heen. De tussenliggende dagen van de vakantie, waar ik zó aan toe was na maandenlang werken, verdwenen in de draaikolken. Ik hield me vast aan de uitspraak van de arts over de behandeling, om niet zelf óók in die kolken te verdwijnen. Het vertrouwen in mijn lichaam dat ik met zoveel moeite een beetje had hervonden, was verdwenen. Ik weet niet meer hoeveel mensen gevraagd hebben of het wel ging. Keer op keer gaf ik een luchtig antwoord. Toegeven dat ik het toch wel erg spannend vond, betekende wankelen op mijn kei.

Het hartfilmpje was achter de rug voor ik het wist; ik ging er dan ook vanuit dat dat allemaal goed was. De longfunctietesten bleken een mission impossible. Bij diep in- of uitademen kon ik niet voorkomen dat ik ging hoesten. Ik voelde me schuldig, omdat het afnemen van de test niet lukte. Maar aan de andere kant was dat nu precies waaróm ik bij deze arts beland was.

Na de afspraak moest ik bijna een week wachten tot de volgende kei: de biopt. En wat duurde dat wachten lang.

Zie ook: https://www.hoevrouwendenken.nl/2020/08/26/mijn-verhaal-3-van-kei-naar-…