47. De dag van opname

47. De dag van opname 

De dag van opname. Het is zover. Vandaag word ik opgenomen. Vanaf vandaag worden de dingen anders, ik ga van Anneloes naar patiënt en moet de controle over mijn lijf, mijn eigen ik gaan loslaten. Een ieder die patiënt is zal dit gevoel wellicht herkennen. Natuurlijk blijft je lijf van jou en heb je daar iets over te zeggen. Maar ook weer niet is mijn ervaring. Want je doorstaat alles braaf, althans ik dan en ik geef me over aan wat de artsen goed achten voor me. Bij sommige behandelingen en onderzoeken schreeuwt mijn hoofd nee, maar zegt mijn mond ja. Als patiënt ga je grenzen over omdat je beter moet worden. En dat vind ik goed en ook lastig en heftig. Mijn lijf is van de artsen morgen. Een operatie van ruim 10 uur staat me te wachten en ik slaap. Wat zij doen is absoluut nodig, maar ook een overgave voor mij. Mijn lijf is morgen van hen en ik ben er niet bij met wat zij met me doen. En nogmaals, ik ben daar akkoord mee. Maar het besef komt vandaag met de opname dag dat dit me te wachten staat. Die overgave en van een vrij mens die nog veel kan, naar een patiënt die even niets meer kan. 

De vroege ochtend verloopt zoals gewoonlijk. Zoë moet naar school en we brengen haar samen weg. Zij komt vanmiddag nog op bezoek dus het verloopt allemaal vrij rustig en normaal. Ze is opgewekt en wij ook. Het voelt niet als afscheid en bij school zeggen we elkaar vrolijk gedag. 

Eenmaal thuis besef ik dat dit mijn laatste uur voorlopig thuis is. De tranen vloeien behoorlijk als het tijd is om te gaan. Ik ben bang voor wat er op me afkomt en realiseer me dat het leven thuis door zal gaan zonder mij. Afscheid nemen van ons huis, mijn thuis, raakt me enorm. 

Eenmaal in het ziekenhuis gaat alles snel. We worden naar mijn kamer begeleid, de kamer die voorlopig voor mij is. Gelukkig is het een kamer voor mij alleen, dat is gebruikelijk bij zulke operaties. En daar ben ik blij mee, want ik vind het allemaal erg lastig wat me staat te wachten. Ik zit niet te wachten op het leed van anderen en het is fijn dat ik in deze kamer mijn eigen leed kan opvangen met de mensen om me heen. Na geïnstalleerd te zijn is het die dag vooral veel gesprekken met artsen en kennismaken met nieuwe mensen. Zusters en zaalartsen, ze komen allemaal voorbij. Net als mijn eigen artsen van de poli, de chirurgen die morgen de operatie uitvoeren. Het is veel en ik ben moe die dag. Begin middag komt mijn moeder en zusje met de baby op bezoek. Het is een fijne afleiding maakt deze dag wat dragelijker. Tegelijk vind ik het ook confronterend. Het is begonnen, de mensen die op bezoek komen, hier in dit kleine kamertje. Zij rijden ruim twee uur heen en terug om mij eventjes te zien. Zo zal het de komende weken zijn besef ik. Hun leven elders gaat door en hier komen ze eventjes op bezoek in mijn mini wereldje in dat kleine kamertje. Ik blijf tegen mezelf zeggen dat het tijdelijk is. Er komt een andere tijd, weer thuis aan. Deze opname is tijdelijk. 

Na dit bezoek is het tijd voor bezoek van Mike en Zoë. Een bezoek waar ik zowel naar uit kijk als enorm tegenop zie. Want bij dit bezoek hoort ook afscheid. En dat betekent afscheid voor een lange periode van Zoë en afscheid van mijn stem. Want na morgen heb ik die zeer waarschijnlijk niet meer. Wat zeg je als laatste tegen je man en kind als je ze fysiek ziet? Wat zijn de woorden die je ze nog meegeeft. Hoe we het ook doen, het is enorm lastig stel ik me zo voor. Want wanneer het afscheid ook is en waar, het is enorm lastig. Want we weten allemaal dat morgen alles anders is. En daar hebben we het alledrie moeilijk mee. En ondanks het heerlijke bezoek en de vele knuffels die we elkaar geven is het moment dan toch daar. 

Ik denk dat zowel Mike als Zoë en ik veel moeite hebben om dit moment her te beleven. Het is echt het moeilijkste wat ik ooit heb moeten doen en ik denk dat zij dit moment ook niet graag voor zich halen. Ik vind het ook lastig om hier iets over op te schrijven. Het voelt als iets intiems en daarnaast iets heel pijnlijks. Ik voel me een falende moeder dat ik dit Zoë heb moeten laten overkomen. Dat zij dit heeft moeten meemaken. Dit moment wat mogelijk een trauma is voor haar voor haar verdere leven. Een moment die zij voor altijd met zich mee draagt en een moment die ik nooit voor haar had gewild. En toch is het gebeurt. Ik kan dit nooit voor haar wegnemen. Het moment van afscheid en al het verdriet wat daarbij kwam voor ons alledrie staat voor altijd in ons geheugen gegrift. Ook een moment wat ik het liefst zou wegstoppen, ver weg naar een plek waar ik niet bij hoef. Maar dat gaat niet en zou niet goed zijn. Dit oprakelen is ook verwerking en het is gebeurt, dat mogen we niet ontkennen. Dus hier komt hij dan toch. 

Het is tijd voor het afscheid, dat voelen Mike en ik allebei. We kunnen er niet langer omheen draaien, het moment is daar. Ik voel de misselijkheid in me. Hoe pakken we dit goed aan voor Zoë en is er toch ook ruimte voor eigen emoties. Maar verstand en gevoel gaan niet meer hand in hand en de emoties nemen de overhand. Ik huil al vrij snel en merk dat ik dit ook niet meer kan stoppen. Met mijn verdriet komt ook die van Zoë. Ik vind het soms lastig dat ik op deze momenten zo moet huilen. Het is natuurlijk goed dat ouders ook verdriet laten zien aan hun kinderen en tegelijk wil ik haar niet belasten met ons intense verdriet over de situatie. Ik merk dat Zoë gevoelig is en dit ook lastig kan vinden. Maar ik heb het niet meer in de hand op dit moment en ga ons meisje zo missen. Ik ga het leven wat we hadden missen en zie op tegen de dagen zonder haar. Dus de tranen vloeien al voor het afscheid überhaupt is begonnen en ik vertel haar dat ik haar ontzettend ga missen. Ik weet dat alles goed komt en zeg haar dat ook, maar mama is verdrietig over deze situatie. We knuffelen heel wat af die middag. 

Bij het afscheid geeft Zoë aan dat ze toch geen afscheid in de kamer wil maar bij de liften en zo loop ik mee naar de liften waar het toch tijd is om elkaar gedag te zeggen. Bij de kamer moest Zoë al erg huilen en het naar de liften lopen heeft het niet gemakkelijker gemaakt. Het maakt uiteindelijk natuurlijk niet uit waar we gedag zeggen. Het gedag moeten zeggen is gewoon enorm rot. Na veel kusjes, knuffels en tranen is het tijd om de lift in te gaan. Dit moment staat in mijn geheugen gegrift. Mike en Zoë die samen hand in hand in de lift staan en de deur die langzaam dicht gaat. Veel te snel voor wat ik zou willen, maar hij gaat dicht. Zij huilen in de lift en ik aan de andere kant en de deur die tussen ons in staat gaat dicht en dan zijn we van elkaar gescheiden. Ik huil en ik huil tot mijn tranen op zijn. Ik hoor van Mike later dat Zoë ook flink heeft gehuild, maar onderweg naar de auto alweer een grapje kon maken. Dat vind ik het mooie aan kinderen. Zij leven zo in het moment. En eenmaal buiten het ziekenhuis is ook buiten en even weg van mij. Dat is goed, want dat maakt het draagbaar voor hen. 

In de avond bellen we toch nog even, want het verdriet is groot bij Zoë en het afscheid was lastig. Dit is een meer luchtig gesprek met een lach en een traan en voelt als een beter afscheid. Het is goed zo, voor ons alle drie. Wat ons morgen ook te wachten staat, of ik mijn stem behoud of niet, we hebben elkaar en komen weer bij elkaar. Dat is alles wat nu telt. De hobbel die moet ik nemen, maar ik kom weer thuis en dan wacht ons nog een leven samen. We kunnen uiteindelijk alle drie redelijk rustig gaan slapen. 

Mike en ik besluiten morgen ochtend niet meer te bellen. Ik word enorm vroeg geholpen en het zou een vluchtig afscheid zijn. We denken dat dit Zoë, maar ook onszelf niet zal helpen. In de ochtend appen Mike en ik nog wel, maar de ochtend moet voor Zoë zo normaal als mogelijk verlopen gezien zij weer school heeft. En dat lukt Mike goed, ik vind dat te prijzen. Hij stuurt dat Zoë opgewekt en vrolijk uit bed is gekomen. Natuurlijk is er ook spanning. Het zou gek zijn als dit niet zo is. Maar Zoë zou Zoë niet zijn als ze ook vrolijk en opgewekt is en zin heeft in de dag die gaat komen. Liefje, wat ben je daar een heerlijk kind in. Dat je dit vermogen hebt. Daar heb ik veel respect voor. Ik hoop dat je dit behoud. Dat je in iedere nieuwe dag iets moois kunt zien, weer opstaat en er iets van maakt. Dat vermogen heb je zeker van mij gekregen. Hou daaraan vast, want het leven is het waard om er op die manier mee om te gaan. 

6 reacties

Lieve Anneloes,

Ik ben sprakeloos, weet niet wat ik zou kunnen zeggen waar je iets aan hebt, en dat voelt rot.
Ik weet alleen maar hoe het voelt, als je aan de andere kant staat, en dat is al erg genoeg.
Ik ga het enigste doen, wat ik kan doen, even met je meehuilen, en even om je geven.

Ik heb geen woord, geen troost, geen hulp
Voel je verdriet alsof het heel dichtbij komt.
Voel de radeloosheid, en de vraag, hoe het verder moet gaan
Maar ik heb geen antwoord.
Een falende moeder, misschien voelt dat zo voor jou, maar ik zie een mooi mens, die in en in geraakt wordt door deze rotziekte, en graag vastgehouden wil worden, en even voelen dat alles goed komt.
Dus houd ik ook jou in gedachten even vast, dat is de enige troost die ik je kan geven.

Liefs Peter🫂🫂🫂🫂😘

Laatst bewerkt: 13/10/2024 - 10:16

Anneloes ik heb gister aan een stuk je podcast geluisterd pffff wat een rollercoaster voor jou, je zus, je ouders en de rest van de kinderen binnen jullie gezin. 
En wat een mooi document voor je dochter als ze oud genoeg is om dit te beluisteren.

Heel veel sterkte sterke vrouw 😘
 

Laatst bewerkt: 13/10/2024 - 14:22