Comparer (vergelijken)

Ik app Kirsten, een Nederlandse vrouw die, in hetzelfde ziekenhuis als ik, palliatief wordt behandeld. Ik vraag haar wat voor tumor zij had, toen ze nog niet wisten dat het uitgezaaid was. 'Oh, iets met plussen en minnen', antwoordt ze. Maar even later stuurt ze me een foto van een passage uit een mdo verslag. 'Je mag ze niet met elkaar vergelijken', waarschuwt ze, 'ieder lichaam, iedere kanker is anders'. Jaja, dat weet ik. Dat staat op iedere kanker-site die ik raadpleeg. Dus ik schrik niet, ofzo, als blijkt dat we dezelfde soort tumor hebben, zelfde graad, zelfde stadium, zelfde hormoongevoeligheid, mijn ki-67 waarde is nog best wel wat hoger. Het enige andere verschil is dat er bij mij geen lymfeklieren zijn aangetast. Ik begin te geloven dat ik daar geluk mee heb gehad.

Kirsten stuurt me ook een foto van een hoed die ze voor zichzelf aan het maken is. Ze draagt nooit een pruik. Ik heb mijn pruik eigenlijk ook maar twee of drie keer op gehad. Ik vind het helemaal niks. Het ziet eruit als een pruik en het zit gewoon niet goed. 

Misschien dat je eraan moet wennen, maar daar draag ik hem te weinig voor. Zowiezo wil ik hem niet op als ik aan het werk ben. Het ding is synthetisch en ik ben bang dat ik vlam vat bij al dat open vuur in de keuken. Maar ik heb ook niet meer zo'n behoefte om te verbergen dat ik kaal geworden ben. Mensen zijn heel aardig tegen me en dat doet me goed. Volslagen vreemden aaien me over mijn schouder in de supermarkt en dragen hun man op mijn boodschappen voor me in mijn auto te zetten. Het helpt ook de integratie in een stugge Franse plattelands gemeenschap. Iedereen heeft wel een tante of een schoonzus die aan deze ziekte is overleden. Ze komen het me een voor een vertellen. Ze bedoelen het goed.