Inspirerend gestuntel
Dinsdagmiddag, 1 uur. Terwijl ik weer veel te lang aan het lunchen en koffieleuten ben, zie ik een bericht op mijn telefoonscherm binnenkomen. "Er is iemand die jou had genomineerd voor onze Meest Inspirerende Student-verkiezing....jij hebt die gewonnen! Gefeliciteerd, je bent de meest inspirerende student van 2016!" Hysterisch begin ik te lachen, denkende dat iemand een grap met me aan het uithalen is. Mijn vriendinnen kijken me vragend aan - zij hebben het berichtje natuurlijk nog niet gelezen en zien alleen mij in de slappe lach schieten. Hikkend laat ik het ze lezen. Zo'n vijf minuten lang zit ik daar te schateren op m'n kruk. Totdat ineens het besef indaalt: mijn kanker heeft me een prijs bezorgd, en iedereen komt dat straks te weten.
Als de ware rockster die ik natuurlijk ben zit ik de volgende vrijdag weer in het Cultuur Café - dit keer niet met mijn vriendinnen, maar met een van de schrijvers van Nultweevier. Ik voel me ontzettend ongemakkelijk en maak me zorgen over het gesprek dat komen gaat, bang dat het weer een woordenkots aan klaagzang van mijn kant gaat worden waarbij ik veel te veel praat over wat ik liever niet vertel. Maar hij weet me gerust te stellen. Ik krijg geen prijs voor zielig zijn, maar voor het erover schrijven en ermee omgaan in het dagelijks leven. Want, oh ja, de redactie had ze gelezen. Al mijn blogs. Even krijg ik het benauwd. Want hoewel mijn blogs natuurlijk niet alleen voor mij zijn maar zo de wijde wereld in worden geslingerd, denk ik nooit echt na over wie het nou echt leest. Althans, mensen die ik in het dagelijks leven daadwerkelijk kan tegenkomen. Omdat ik soms vergeet dat dit niet alleen door de gebruikers van de site wordt gelezen, maar ook nog wel eens door mensen uit mijn (in)directe omgeving. En vervolgens niet altijd bedenk dat enige zelfcensuur soms geen overbodige luxe zou zijn. Totdat de journalist tegenover me zegt dat ik wel ontzettend eerlijk ben in m'n blogs. Hoewel me dat nooit zo veel uitmaakte - ik schrijf hier immers om m'n gedachte op een rijtje te krijgen en steun te vinden bij mensen die hetzelfde voelen, dus waarom zou ik dingen mooier maken dan ze zijn?! - was het nu heel spannend om daarop aan te worden gesproken. Gelukkig was deze jongen heel relaxed en kreeg ik niet het idee dat hij me anders behandelde uit medelijden. En zo kreeg ik weer een beetje vertrouwen in mijn omgeving en de mogelijke reacties op mijn verhaal. Totdat het artikel uitkwam...
Het artikel was ontzettend fijn geschreven - geen poespas of drama, gewoon lekker luchtig. Maar de hele poppenkast die erbij is komen kijken was dit niet. Binnen no-time hing de regionale radio-omroep aan de lijn en werd ik door de DJ gebombardeerd tot "heldin" - iets wat natuurlijk je reinste onzin is. Onder het radio-interview werd een of ander uitermate droevig "Lord of the Rings"- muziekje gezet, dus daar ging mijn zorgvuldig ontwikkelde strategie die ik altijd toepas wanneer mensen over mijn ziekte willen praten. Want de DJ liet geen ruimte voor luchtigheid of bagatellisering - zoals ik mij altijd door gesprekken manoeuvreer - maar stelde vragen waarop enkel verdrietige of "heldhaftige" antwoorden te geven waren. Nadat ik de media had overleefd werd het vervolgens tijd om de mensheid te overleven. Ineens werd ik aangesproken door mensen die mij en mijn verhaal "kenden" en het zo knap vonden, wat ik allemaal gedaan had. Wat ik dan allemaal precies gedaan had? Ja, nou, in het artikel stond dat ik kanker had overwonnen en erover schreef. En aan de hand van dat artikel waren ze toch wel trots. Een van mijn grootste angsten werd werkelijkheid: men had medelijden met me.
Tussen de bedrijven door moest ik - naast dus het praten over mijn inspirerende leven - ook nog eens met mezelf dealen. En al deze aandacht maakte dat natuurlijk niet makkelijker. Want, waar ik in het dagelijks leven gelukkig steeds minder geconfronteerd word met gesprekken over mijn ziekte, werd nu plots alle aandacht daarop gevestigd. Daarenboven, mijn psychologe en ik hadden inmiddels vastgesteld dat één van mijn grotere problemen die het allemaal zo moeilijk voor me maakte het continue afdwingen van controle was. Controle over mijn eigen gedrag en uitspraken, maar vooral controle over mijn omgeving. "Als ik nou zus zeg, ziet de ander mij waarschijnlijk zo en dan kunnen ze niet dit of dat van me vinden," klinkt het continu in mijn hoofd. Maar met deze aandacht was al deze controle weg. Doordat het "nieuws" over mij de wereld der sociale media ingebonjourd was, had ik totaal geen grip meer op wat mensen al dan niet van me dachten, vonden of dachten te weten. En ondertussen werd het maar inspirerender en inspirerender. Voor ik het wist gaf ik voor een organisatie die het KWF steunt een Q&A-praatje over hoe te dealen met jong zijn en kanker hebben en werd ik benaderd om evenementen te openen en met een cameraploeg gevolgd te worden. Continu werden er onnodig veren in m'n reet gestoken. En continu was haast niemand zich bewust van de chaos in m'n hoofd. En zo werd er een of ander beeld van mij gecreëerd dat totaal onrealistisch en oneerlijk is.
Nu, twee maanden na het verschijnen van het artikel, is gelukkig de aandacht wat afgenomen. Helaas is de chaos in m'n kop allesbehalve verminderd. Ik loop inmiddels bijna drie maanden bij de psycholoog, maar van echte vooruitgang is nog niet te spreken. Na mijn tussentijdse evaluatie was dan wel te zien dat ik 8% minder hoog scoorde dan twee manden geleden, maar desalniettemin scoorde ik ongelooflijk hoog op de depressieschaal. Ik heb dit jaar alleen al vijf vakken laten vallen of niet kunnen maken, al meerdere borrels afgezegd die ik toch erg belangrijk acht zijnde de Praeses van het hele zooitje, en ontelbaar veel dagen in bed doorgebracht. Vorige week was dan ook een nieuw dieptepunt: maandagochtend om zeven uur begon de paniekaanval al, en donderdag ben ik na aanval nummer 2 die dag maar naar moeders gevlucht - totaal niet in staat te studeren voor mijn tentamen van gisteren. Als ik dit zo opschrijf schaam ik me zowel als dat ik een beetje moet lachen: dit gezeur is niets voor mij en van mijn luchtige blogberichten is vrij weinig over. Daarom vind ik het des te grappiger dat ze dit hoopje ellende hebben uitgeroepen tot meest inspirerende student van Nijmegen. Maar, wie weet, misschien inspireer ik anderen wel. Laatst zei een vriendin tegen me dat ze het even niet meer wist en dus maar haar gedachten is gaan opschrijven - zoals ik ook altijd doe. Anderen besluiten met me mee te wandelen wanneer ik train voor de vierdaagse, of sluiten aan tijdens het studeren in de bieb (lees: Facebook checken en koffiedrinken). Maar het fijnst zou zijn als ik mezelf weer een beetje weet te inspireren. Inspireren om weer te genieten - van alles en niets. Inspireren om mijn bed weer uit te komen en elke dag met beide handen aan te pakken. Inspireren om weer mezelf te herkennen. En tot die tijd stuntel ik nog lekker even door, en komen dingen op de één of andere manier telkens wel op z'n pootjes terecht. Misschien kan dat dan weer inspirerend genoemd worden.
Als de ware rockster die ik natuurlijk ben zit ik de volgende vrijdag weer in het Cultuur Café - dit keer niet met mijn vriendinnen, maar met een van de schrijvers van Nultweevier. Ik voel me ontzettend ongemakkelijk en maak me zorgen over het gesprek dat komen gaat, bang dat het weer een woordenkots aan klaagzang van mijn kant gaat worden waarbij ik veel te veel praat over wat ik liever niet vertel. Maar hij weet me gerust te stellen. Ik krijg geen prijs voor zielig zijn, maar voor het erover schrijven en ermee omgaan in het dagelijks leven. Want, oh ja, de redactie had ze gelezen. Al mijn blogs. Even krijg ik het benauwd. Want hoewel mijn blogs natuurlijk niet alleen voor mij zijn maar zo de wijde wereld in worden geslingerd, denk ik nooit echt na over wie het nou echt leest. Althans, mensen die ik in het dagelijks leven daadwerkelijk kan tegenkomen. Omdat ik soms vergeet dat dit niet alleen door de gebruikers van de site wordt gelezen, maar ook nog wel eens door mensen uit mijn (in)directe omgeving. En vervolgens niet altijd bedenk dat enige zelfcensuur soms geen overbodige luxe zou zijn. Totdat de journalist tegenover me zegt dat ik wel ontzettend eerlijk ben in m'n blogs. Hoewel me dat nooit zo veel uitmaakte - ik schrijf hier immers om m'n gedachte op een rijtje te krijgen en steun te vinden bij mensen die hetzelfde voelen, dus waarom zou ik dingen mooier maken dan ze zijn?! - was het nu heel spannend om daarop aan te worden gesproken. Gelukkig was deze jongen heel relaxed en kreeg ik niet het idee dat hij me anders behandelde uit medelijden. En zo kreeg ik weer een beetje vertrouwen in mijn omgeving en de mogelijke reacties op mijn verhaal. Totdat het artikel uitkwam...
Het artikel was ontzettend fijn geschreven - geen poespas of drama, gewoon lekker luchtig. Maar de hele poppenkast die erbij is komen kijken was dit niet. Binnen no-time hing de regionale radio-omroep aan de lijn en werd ik door de DJ gebombardeerd tot "heldin" - iets wat natuurlijk je reinste onzin is. Onder het radio-interview werd een of ander uitermate droevig "Lord of the Rings"- muziekje gezet, dus daar ging mijn zorgvuldig ontwikkelde strategie die ik altijd toepas wanneer mensen over mijn ziekte willen praten. Want de DJ liet geen ruimte voor luchtigheid of bagatellisering - zoals ik mij altijd door gesprekken manoeuvreer - maar stelde vragen waarop enkel verdrietige of "heldhaftige" antwoorden te geven waren. Nadat ik de media had overleefd werd het vervolgens tijd om de mensheid te overleven. Ineens werd ik aangesproken door mensen die mij en mijn verhaal "kenden" en het zo knap vonden, wat ik allemaal gedaan had. Wat ik dan allemaal precies gedaan had? Ja, nou, in het artikel stond dat ik kanker had overwonnen en erover schreef. En aan de hand van dat artikel waren ze toch wel trots. Een van mijn grootste angsten werd werkelijkheid: men had medelijden met me.
Tussen de bedrijven door moest ik - naast dus het praten over mijn inspirerende leven - ook nog eens met mezelf dealen. En al deze aandacht maakte dat natuurlijk niet makkelijker. Want, waar ik in het dagelijks leven gelukkig steeds minder geconfronteerd word met gesprekken over mijn ziekte, werd nu plots alle aandacht daarop gevestigd. Daarenboven, mijn psychologe en ik hadden inmiddels vastgesteld dat één van mijn grotere problemen die het allemaal zo moeilijk voor me maakte het continue afdwingen van controle was. Controle over mijn eigen gedrag en uitspraken, maar vooral controle over mijn omgeving. "Als ik nou zus zeg, ziet de ander mij waarschijnlijk zo en dan kunnen ze niet dit of dat van me vinden," klinkt het continu in mijn hoofd. Maar met deze aandacht was al deze controle weg. Doordat het "nieuws" over mij de wereld der sociale media ingebonjourd was, had ik totaal geen grip meer op wat mensen al dan niet van me dachten, vonden of dachten te weten. En ondertussen werd het maar inspirerender en inspirerender. Voor ik het wist gaf ik voor een organisatie die het KWF steunt een Q&A-praatje over hoe te dealen met jong zijn en kanker hebben en werd ik benaderd om evenementen te openen en met een cameraploeg gevolgd te worden. Continu werden er onnodig veren in m'n reet gestoken. En continu was haast niemand zich bewust van de chaos in m'n hoofd. En zo werd er een of ander beeld van mij gecreëerd dat totaal onrealistisch en oneerlijk is.
Nu, twee maanden na het verschijnen van het artikel, is gelukkig de aandacht wat afgenomen. Helaas is de chaos in m'n kop allesbehalve verminderd. Ik loop inmiddels bijna drie maanden bij de psycholoog, maar van echte vooruitgang is nog niet te spreken. Na mijn tussentijdse evaluatie was dan wel te zien dat ik 8% minder hoog scoorde dan twee manden geleden, maar desalniettemin scoorde ik ongelooflijk hoog op de depressieschaal. Ik heb dit jaar alleen al vijf vakken laten vallen of niet kunnen maken, al meerdere borrels afgezegd die ik toch erg belangrijk acht zijnde de Praeses van het hele zooitje, en ontelbaar veel dagen in bed doorgebracht. Vorige week was dan ook een nieuw dieptepunt: maandagochtend om zeven uur begon de paniekaanval al, en donderdag ben ik na aanval nummer 2 die dag maar naar moeders gevlucht - totaal niet in staat te studeren voor mijn tentamen van gisteren. Als ik dit zo opschrijf schaam ik me zowel als dat ik een beetje moet lachen: dit gezeur is niets voor mij en van mijn luchtige blogberichten is vrij weinig over. Daarom vind ik het des te grappiger dat ze dit hoopje ellende hebben uitgeroepen tot meest inspirerende student van Nijmegen. Maar, wie weet, misschien inspireer ik anderen wel. Laatst zei een vriendin tegen me dat ze het even niet meer wist en dus maar haar gedachten is gaan opschrijven - zoals ik ook altijd doe. Anderen besluiten met me mee te wandelen wanneer ik train voor de vierdaagse, of sluiten aan tijdens het studeren in de bieb (lees: Facebook checken en koffiedrinken). Maar het fijnst zou zijn als ik mezelf weer een beetje weet te inspireren. Inspireren om weer te genieten - van alles en niets. Inspireren om mijn bed weer uit te komen en elke dag met beide handen aan te pakken. Inspireren om weer mezelf te herkennen. En tot die tijd stuntel ik nog lekker even door, en komen dingen op de één of andere manier telkens wel op z'n pootjes terecht. Misschien kan dat dan weer inspirerend genoemd worden.
6 reacties
wat jij al op zo jonge leeftijd heb moeten ondergaan en de manier waarop jij erover praat is inspirerend voor anderen die zich druk lopen te maken over nutteloze dingen. Het is misschien niet het beeld wat jij van jezelf ziet maar het is hoe anderen je zien...en die vinden je ronduit inspirerend...en dat ben je ook.
Ik heb op de Alvleesklier Patiënten Dag "mijn verhaal" mogen doen te midden van mede lotgenoten en medici met als gevolg dat mijn blog ook werd uitgeroepen tot blog van de maand.
Ik zie het niet als zelfverheerlijking want daar ben jij ook wars (zaans?) van maar als inspirerend naar anderen toe die hoop en kracht mogen putten uit ook jouw manier van aanpak en hoe je er mee om gaat...ons leven is nu eenmaal gebaseerd op "Met een Lach en een Traan"
goeds en groet, Gerrit
Groetjes,
Dorothé
Ik ben zelf begonnen met een webshop voor kankerpatiënten, hij gaat www.KankerEnIk.nl heten en is over zo'n 8 weken klaar. Maar die naam die heb ik ook bedacht in een andere beleving. Sommige mensen vinden het nogal heftig.. Dusss misschien moet ik het scherpe randje van de benaming af halen.. Aan de andere kant het is wat het is. Men zal het vast wel onthouden op deze manier... Ik ervoer dat kanker, mijn hele dag inplande, en dat het ziekenhuis me alleen met de medische ondersteuning verder kon helpen. Maar thuis , en onder vrienden, en het dagelijkse leven, ... alles wordt er een beetje anders van.. Hoe kun je dan je zelf, je eigen ik, staande houden met zoveel "kanker" geweld. Dus daarom Kanker - En - Ik. Ik als persoon, los van de ziekte, los van behandeling. Hoe houdt je jezelf staande.
Misschien vindt je het leuk - als schrijven erover je goed doet - om me te helpen met artikelen schrijven? Je kan me altijd mailen.
Na de chemo ben ik een schrijfcursus gaan doen en een jaartje later publiceerde ik mijn eerste korte verhaal in het literaire tijdschrift Extaze. Het ging niet over ziek zijn. En toch vonden ze het ook goed. ;-)
Wat een verhaal, maar wat doe je het goed!! Daar is weer een veer ;) Je mag trots zijn op jezelf. Er zijn maar weinig mensen die kanker hebben en uberhaupt door kunnen gaan met studeren. Jij komt er wel. En dat het wat langer duurt dan bij een ander, dat is dan maar zo. Liefs bi