Blog

Sinds 22 juni 2015 schrijf ik hier wekelijks een stukje over mijn leven met uitgezaaide borstkanker. Ik ben niet begonnen te schrijven met het idee dit iedere week te doen, het is er min of meer ingeslopen. Ik vond destijds dat, sinds ik niet meer buitenshuis werk, mijn grijze hersencellen te weinig uitgedaagd werden. Zoals ik mijn volwassen leven lang iedere week aan conditiegym en hardlopen gedaan heb, niet omdat ik sportief ben maar omdat het goed voor mij is, zo ben ik ook gaan schrijven, omdat het goed voor mij is. Tot mijn eigen verbazing bleek al snel dat het mij voldoening geeft om iedere week mijn gedachten te ordenen en mijn wederwaardigheden op het gebied van kanker op te schrijven. En uiteraard is het fijn te zien dat mijn blog gelezen wordt.
Omdat de medicijnen vooralsnog hun werk doen, bevind ik mij nu in rustig vaarwater wat mijn ziekte betreft. Maar ook al gaat het relatief goed, kanker blijft aanwezig. Ik zie er echter geen heil in om wekelijks een opsomming te geven van de bijwerkingen van deze ellendige ziekte, dan kan ik bezig blijven over knallende hoofdpijn of de extreme vermoeidheid die mij soms overvalt, of over opvliegers waar ik chagrijnig van word en over paniekaanvallen. Nee, het is niet mijn intentie om een wekelijkse klaagrubriek te schrijven met als gevolg dat ik de afgelopen tijd met de vraag rondliep waarover ik dan zal schrijven en of deze blog nog wel de juiste plek is. Uiteindelijk heb ik besloten om niet alleen over de invloed van kanker op mijn leven te schrijven maar ook over andere dingen die mij bezighouden. Want ook die belevenissen horen bij mijn dagelijkse leven met kanker. Dank Ingrid, je aanmoediging door te gaan met schrijven kwam voor mij precies op het juiste moment.
Dus vandaag wil ik schrijven over het aanbreken van de lente en over de honderden bijen die afkomen op de bloeiende prunussen in het parkje om de hoek. Iedere keer als ik er langsloop met miss Happy sta ik even stil om te luisteren naar het bijengezoem dat de lucht rond de bloesem doet vibreren. Ook wil ik schrijven over de bunzing die vlak voor mijn auto de weg overstak bij het winkelcentrum midden in de woonwijk. Onderwijl hoorde ik in gedachten de vertrouwde stem van David Attenborough vertellen wat de kenmerken van een bunzing zijn en waar dit dier in het voorjaar naar op zoek is. En ik wil schrijven over de 5 ooievaars die rondjes om elkaar draaiden in de lucht, over de schreeuwende fazantenhaantjes, de hazen, de eerste grutto’s, over het weiland met bokken en rammen die stinken als een kaaswinkel in Frankrijk, over de uil op doorreis naar het noorden en over de eerste pulletjes in de sloot.
Maar wie kan de lente beter bezingen dan Maarten van Roozendaal in zijn lied ‘Mooi’? Het lied spookt al dagen door mijn hoofd, ik zet de CD op en brul uit volle borst mee: ‘Ach ik ben God dank dus nog een keer een jonge lente waard. Mooi, ‘t is om te janken zo mooi. Mooi, om te janken zo mooi!’

1 reactie

Josephine,
Je kan heel mooi en beeldend schrijven ... vooral ermee blijven doorgaan hoor!
We zijn allemaal reizigers die door eenzelfde nagenoeg hetzelfde proces gaan.. ieder met een eigen verhaal en beleving .. de mooie dingen en de minder fijne ervaringen. Door het met elkaar te delen, helen we elkaar. Een warme groet, Jerrel
Laatst bewerkt: 05/07/2017 - 19:14