De volgende

‘Ik moet jullie wat vertellen’. Mijn nekharen gaan overeind staan, foute boel. Al heeft P verder nog niets gezegd, ik weet het al, hij heeft slecht nieuws. En ja hoor, daar komt de kankerduivel weer tevoorschijn. Dit keer keelkanker. Operatie gevolgd door bestralingen en daarna hopen en afwachten dat dit afdoende is geweest om de kanker te verjagen. Ik voel woede in mij opkomen zoals alle andere keren dat ik hoorde dat iemand in mijn omgeving kanker had. Woede om de machteloosheid, de lege handen, het onvermogen om deze ziekte voor eens en voor altijd de nek om te draaien. Ik zie de verslagenheid bij P en bij de andere aanwezigen en zie mijzelf weer staan in eenzelfde situatie jaren geleden.
Ik had bij de directeur aangegeven dat ik mijn directe collega’s het liefst in één keer het slechte nieuws wilde vertellen. Ze vroeg daarop iedereen naar haar kamer te komen. ‘Ik moet jullie iets vertellen’ zei ik toen iedereen er was. En ik vertelde mijn verhaal, diagnose borstkanker, over een week borstamputatie en verwijdering lymfklieren. Daarna chemokuren gevolgd door bestralingen.
Ik had geen zin om iedere keer hetzelfde rottige verhaal te vertellen dus vroeg ik mijn collega’s dat voor mij te doen en dat heb ik geweten. Er kwamen bezorgde, lieve briefjes mijn kant uit, kleine cadeautjes vond ik op mijn bureau, ik voelde een arm om mijn schouder. Het deed mij goed die aandacht. Mijn leidinggevende sprak het vermoede uit dat ik een jaar uit de roulatie zou zijn. Ik vond dat wat overdreven en zei dat ik verwachte met een half jaar weer aanwezig te zijn. Tja, ik had nog geen idee van de zwaarte van alle behandelingen, vandaar die overmoed. Het bleken uiteindelijk 11 maanden te worden vooraleer ik mij voorzichtig weer op het werk zou vertonen.
Nu staat P daar, hij staat nog aan het begin van het traject. Hij heeft geen idee wat de effecten van de bestralingen zullen zijn, het is afwachten. Hij schiet vol. ‘Ik begrijp er niets van, ik moet iedere keer huilen’ verontschuldigt hij zich. Ook wij schieten vol en kijken elkaar aan: gek hè dat je moet huilen als je in zo’n situatie terecht komt. ‘Mannen’ denk ik.

1 reactie