DIT WIL IK NIET

Ik hoor stemmen die ik niet kan plaatsen. Ik bevind mij in een hectische scène met kleurrijke vaandels en mensen, tegelijkertijd zie ik een verpleegkundige in beeld verschijnen. Ik ben in verwarring, de kleuren waar ik net nog onderdeel van was vervagen. Langzaam dringt het tot mij door dat ik mij in de verkoever op de OK bevind. Ik voel mij ontzettend beroerd en verloren. Ik hoor de stem van Lief, ontwaar hem naast mij. ‘Een spuugbakje, mag ik een spuugbakje’, net op tijd, ik geef over. Er is een bed naast mij neergezet, of het mij lukt daarop te gaan liggen? Ja natuurlijk, ik sta op uit de stoel, doe een stap en laat mij achterovervallen. Rust wil ik, niet dat tollende hoofd, die zware misselijkheid en al die drukte om mij heen.
Een half uur geleden meldde ik mij bij de dagbehandeling van het ziekenhuis voor een APD. Omdat mijn bloedvaten in mijn ene arm zeer slecht te prikken zijn door de chemokuren en mijn andere arm niet geprikt mag worden vanwege lymfoedeem, wordt de infuusnaald door de anesthesioloog op de OK ingebracht. Dat ging tot nu toe altijd goed. Zoals gebruikelijk had ik ook dit keer de anesthesioloog er op gewezen dat ik panisch ben voor naalden en gevraagd om alsjeblieft niet met de naald te wroeten als het niet in één keer lukt. Nee, dat zou ze niet doen. Ze bracht de naald in, zonder het gewenste resultaat te bereiken en ging toch wroeten met als gevolg dat ik buitenbewustzijn raakte. Het voelt zo stom maar ik kan hier echt niets aan doen.
De tweede poging van de anesthesioloog gaat goed, gelukkig. Ik word op bed teruggereden naar de afdeling en voel mij alsof ik in een zware storm midden op zee terecht ben gekomen. Iedere beweging van bed of van mijzelf leidt tot een golf van duizeligheid en misselijkheid. Weer moet ik overgeven. Ik begin te klappertanden. De twee dekens die over mij heen gelegd worden zijn niet genoeg om de kou uit mijn lijf te verjagen. Ik houd mijn ogen stijf dicht in de hoop de duizeligheid de baas te worden. Een zorgvuldig afgesloten luikje in mijn hoofd springt open, de gedachten duikelen over elkaar heen naar buiten. Ik wil geen kanker, ik wil niet in het ziekenhuis, ik wil geen infuus, niet hondsberoerd zijn, ik wil terug naar mijn gewone oude vertrouwde leven, kan dit eindelijk eens ophouden? In grote neonletters zie ik verschijnen: DIT WIL IK NIET! Wanhopig prop ik alle jammerende gedachten weer achter het luikje. Het is zinloos zo te denken, irreëel. Ik heb niets te willen, de kanker zit in mijn lijf, die gaat er nooit meer uit. Ik moet het hiermee doen, kan het niet ontlopen. Ik voel mij kwaad, verdrietig, moedeloos en ontredderd. Wil even niets met de wereld om mij heen te maken hebben. Zelfs de voetmassagemevrouw die ik altijd graag zie komen, mag dit keer niet aan mijn voeten zitten.
Later op de dag kijkend naar de bloemen en bijen in de tuin, kom ik eindelijk wat tot rust. Twee dagen later, vrijdag, lukt het de bloemen en onverstoorbaar af- en aanvliegende bijen niet verlichting te brengen nadat ik het gruwelijke nieuws uit Nice heb vernomen.

3 reacties

Veel negatieve en duistere gedachten en gevoelens komen vaak naar boven door angst en uitputting. Ik heb dat zelf ook ervaren ... ik weet nog hoe wanhopig ik zocht naar zoekend naar een uitweg die er niet was. Acceptatie is de enige weg.
Probeer te ontspannen en los te laten, want alles wat je aandacht geeft, groeit ongemerkt.
Heel veel sterkte!
Een lieve groet, Jerrel
Laatst bewerkt: 05/07/2017 - 19:14