Informatie over de schildklier
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonDe schildklier zit in de hals, vlak boven het kuiltje van de hals. De schildklier ligt tegen de luchtpijp aan. Achter de schildklier liggen de bijschildklieren.
De schildklier heeft jodium nodig om goed te kunnen werken. Sommige cellen van de schildklier kunnen jodium opnemen. Jodium is een stof die in het eten zit, bijvoorbeeld in zeevis, algen, eieren, gejodeerd zout en zuivel.
Wat doet de schildklier?
De schildklier maakt twee soorten hormonen: de schildklierhormonen en calcitonine. Allebei de soorten hormonen worden door verschillende soorten cellen in de schildklier gemaakt.
Hormonen zijn belangrijke stoffen in het lichaam. Hormonen beïnvloeden de werking van organen in het lichaam. De schildklier geeft de hormonen af aan het bloed en via het bloed komen de hormonen overal in het lichaam.
Meer informatie over de schildklierhormonen
Schildklierhormoon wordt gemaakt door de schildklier. De schildklier geeft de hormonen af in het bloed. De hormonen kunnen zo overal in het lichaam hun werk doen.
Met schildklierhormoon wordt niet één hormoon maar eigenlijk twee hormonen bedoeld: thyroxine (afgekort tot T4) en tri-jodothyronine (afgekort als T3). De schildklier maakt ongeveer vier keer zoveel T4 als T3. Het lichaam kan zelf T3 maken van T4.
Wat doet TSH?
Als er te weinig schildklierhormoon in het bloed zit, krijgt de schildklier een seintje om meer schildklierhormonen te maken. De stof TSH (schildklier stimulerend hormoon) geeft de schildklier dit seintje. TSH wordt gemaakt door de hypofyse, een onderdeel van de hersenen. TSH stimuleert de schildklier om extra schildklierhormoon te maken. Bij het bloedonderzoek wordt altijd ook naar de hoeveelheid TSH gekeken.
Wat doen schildklierhormonen?
Schildklierhormoon is belangrijk voor bijvoorbeeld de groei, de energiehuishouding en de stofwisseling. Met stofwisseling wordt bedoeld dat voedingsstoffen die in het eten zitten door het lichaam gebruikt kunnen worden. Ook de vruchtbaarheid, de snelheid van de hartslag en de ademhaling worden bijvoorbeeld door schildklierhormoon beïnvloed.
Het is belangrijk dat er niet te veel en niet te weinig schildklierhormoon is.
Hyperthyreoïdie
Maakt de schildklier te veel hormonen aan, dan versnelt de stofwisseling. Dit heet hyperthyreoïdie, de schildklier werkt te snel. De schildklier kan daarbij ook groter worden, dit hoeft echter niet. Een vergrote schildklier heet ook wel een struma.
Hypothyreoïdie
Maakt de schildklier te weinig hormonen aan, dan vertraagt de stofwisseling. Een ander woord hiervoor is hypothyreoïdie.
Meer informatie over calcitonine
De schildklier maakt ook het hormoon calcitonine. Calcitonine wordt gemaakt in de c-cellen van de schildklier. Bij medullaire schildklierkanker is de kanker ontstaan in de c-cellen.
Calcitonine zorgt ervoor dat er niet te veel calcium of kalk vanuit de botten in het bloed komt.
Lees de uitgebreide informatie over de schildklier bij de patiëntenorganisatie: Schildklier Organisatie Nederland (SON).