Mola-zwangerschap
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonEen mola-zwangerschap is een goedaardige trofoblastziekte. Bij een mola-zwangerschap gaat er bij de bevruchting iets mis. Daardoor groeit er meestal geen embryo in de baarmoeder, maar wel een soort gezwel van kleine blaasjes: een 'mola hydatidosa’.
Lees op deze pagina over:
- Wat gaat er mis bij een mola-zwangerschap?
- Mola hydatidosa
- Complete mola
- Partiële mola
- Behandeling van een mola-zwangerschap
- Controles na de behandeling van een mola-zwangerschap
- Chemotherapie na een mola-zwangerschap
Wat gaat er mis bij een mola-zwangerschap?
Bij een mola-zwangerschap gaat er iets mis met de celdeling. Daardoor groeien alleen de trofoblastcellen heel snel, maar ontstaat er geen embryo. Soms is er toch een embryo, maar dat is bijna nooit levensvatbaar.
Mola hydatidosa
Door de groei van trofoblastcellen in de baarmoederholte en door vochtophoping ontstaan talloze blaasjes. Die blaasjes vormen samen een gezwel dat een beetje lijkt op een druiventrosje. Dit gezwel heet een mola hydatidosa.
Complete mola
Bij een complete mola zit er in de bevruchte eicel alleen erfelijk materiaal van de vader. Het erfelijk materiaal van de moeder wordt uitgestoten vlak voor of na de bevruchting. Het vruchtje dat uit de bevruchte eicel ontstaat is daardoor niet levensvatbaar, maar kan wel delen.
Partiële mola
Bij een partiële mola wordt 1 eicel bevrucht door 2 spermacellen. Daardoor zit er veel te veel erfelijk materiaal in de cel. Vaak is er wel een vruchtje, maar dat is niet levensvatbaar.
Behandeling van een mola-zwangerschap
Als je een mola-zwangerschap hebt, is een behandeling nodig. De gynaecoloog bespreekt dit met je.
De behandeling bestaat uit een vacuümcurettage: de arts zuigt de mola-blaasjes via de vagina uit je lichaam met een buisje. Je gaat hiervoor onder narcose.
De arts probeert zoveel mogelijk mola-blaasjes te verwijderen en controleert dit tijdens de operatie met een echo. Meestal ruimt het lichaam de achtergebleven blaasjes zelf op en normaliseert het zwangerschapshormoon.
Een patholoog onderzoekt het weggenomen weefsel onder de microscoop. Hij of zij kan vaststellen dat je een mola-zwangerschap hebt (gehad).
Controles na de behandeling van een mola-zwangerschap
Na de curettage wordt elke week de hoeveelheid hCG in je bloed gemeten. Meestal duurt het weken tot maanden totdat de waarde van hCG weer normaal is.
Chemotherapie na een mola-zwangerschap
Soms verdwijnen de mola-blaasjes na curettage niet spontaan. Dan is een behandeling nodig met chemotherapie om de blaasjes te laten verdwijnen. De kans op genezing is heel groot. Lees verder over chemotherapie na een mola-zwangerschap.
De kans dat de blaasjes na curettage niet spontaan verdwijnen is 15 tot 20% bij een complete mola. De kans is 2 tot 5% bij een incomplete mola.