Informatie over AIN / voorstadium van anuskanker

Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.

Naar colofon
Opslaan

AIN is de afkorting voor Anale Intraepitheliale Neoplasie.  AIN wordt ook wel een voorstadium van anuskanker genoemd.

Bij AIN zijn de cellen in het slijmvlies van de anus afwijkend van normale cellen. De afwijkende cellen kunnen uiteindelijk in kankercellen veranderen. De oorzaak van AIN is meestal een infectie met HPV.

Soorten AIN / stadia AIN

Er zijn meerdere stadia van AIN. Met het stadium wordt bedoeld hoe diep de afwijkende cellen in het slijmvlies van de anus zitten. 

  • AIN 1: de afwijkende cellen zitten in één laag van het slijmvlies. AIN 1 is meestal onschuldig maar kan zich ontwikkelen tot AIN 2.
  • AIN 2: de afwijkende cellen zitten in meerdere lagen van het slijmvlies.  
  • AIN 3: de afwijkende cellen zitten in alle lagen van het slijmvlies.  
  • AIN 1 heet ook wel laaggradige AIN. AIN2 en AIN3 worden hooggradige AIN genoemd. 

Onderzoek bij mensen met een verhoogde kans op anuskanker 

Mensen met een grotere kans op anuskanker en het voorstadium van anuskanker kunnen preventief onderzoek (screening op AIN) krijgen. Dat betekent dat je onderzoeken krijgt vóórdat er klachten of symptomen zijn. 

Deze onderzoeken krijg je niet bij de huisarts maar in het ziekenhuis, meestal op speciale AIN-spreekuren. Het doel van de onderzoeken is het vroeg ontdekken van anuskanker of het voorstadium van anuskanker. Er wordt onderzoek gedaan of de screening inderdaad anuskanker voorkomt.

Er zijn enkele ziekenhuizen die dit onderzoek uitvoeren tijdens speciale HRA/AIN-spreekuren. De screening is meestal vanaf ongeveer 30-35 jaar. Bekijk welke mensen een grotere kans hebben op anuskanker.

Tijdens het onderzoek bekijkt de arts het slijmvlies van de anus aan de binnen- en de buitenkant. Er zijn meerdere onderzoeken die de arts hiervoor kan gebruiken.   

  • Een uitstrijkje
  • Het bevoelen van de anus met de vinger, een rectaal toucher
  • Een Hoge Resolutie Anoscopie (HRA)
  • Als het nodig is wordt een biopt genomen voor verder onderzoek.  

HRA (Hoge Resolutie Anoscopie)-onderzoek 

De arts kan de anus bekijken met een Hoge Resolutie Anoscopie (HRA). Bij dit onderzoek bekijkt de arts de huid rondom de anus en in de anus. Een HRA-onderzoek gebeurt tijdens de screening naar anuskanker of het voorstadium van anuskanker. 

Als de arts de anus aan de binnenkant wil onderzoeken met HRA, gebeurt dat in de volgende stappen: 

  • Hij of zij brengt een kort plastic buisje in de anus. Dit buisje heet een proctoscoop. De proctoscoop is ingesmeerd met glijmiddel. 
  • Vervolgens brengt de onderzoeker een gaasje met azijnzuur via de proctoscoop in de anus in. Met het azijnzuur is het weefsel van de anus beter te zien. 
  • Daarna haalt de onderzoeker de proctoscoop uit de anus. Het gaasje met azijnzuur blijft zitten zodat het kan inwerken. Het azijnzuur kan irriteren en ook loze aandrang geven. Loze aandrang betekent dat je voelt dat je moet poepen, maar dat er niets komt. 
  • Na een tijdje verwijdert de arts of verpleegkundige het gaasje met azijnzuur en brengt hij of zij opnieuw de proctoscoop in de anus. Met een soort microscoop bekijkt de onderzoeker nu het weefsel van de anus. Bij het onderzoek wordt de proctoscoop meerdere keren ingebracht. 

Behandeling van AIN

Mensen met AIN blijven onder controle. Dat is omdat hooggradige AIN (AIN2 en AIN3) zich kan ontwikkelen tot anuskanker. 

Bij AIN2 en AIN3 is een behandeling nodig. Welke behandeling het meest geschikt is, hoor je van je arts. 

Mogelijk krijg je een van deze behandelingen:

  • de arts brandt de afwijkende cellen weg met een elektrisch stroompje. Dit heet electrocoagulatie. 
  • een behandeling met vloeibare stikstof
  • een behandeling met azijnzuur (85%)
  • de arts of verpleegkundig specialist schrijft je een zalf voor. Meestal is dat imiquimod. In deze zalf zitten stoffen die je afweersysteem aan het werk zetten om de afwijkende cellen op te ruimen. Er is ook zalf met de stof 5-fluoro-uracil (5-FU). De behandeling is bedoeld om de afwijkende cellen en het afweersysteem aan het werk te zetten om het virus op te ruimen.

De behandeling van AIN is meestal niet pijnlijk. Als het nodig is, kun je een plaatselijke verdoving krijgen. 

Colofon

Met medewerking van:

illustratie-arts-vrouw

Dr. Dirkje Sommeijer

Internist-oncoloog, Amsterdam UMC (locatie AMC) en Flevoziekenhuis

illustratie-arts-man

Drs. Arne van Eeden

Internist-infectioloog en HRA-scopist, DC Klinieken

Illustratie mensen

Mensen die anuskanker hebben (gehad)

illustratie-verpleegkundige-vrouw

Esther Kuyvenhoven

Verpleegkundig specialist interne geneeskunde en HRA-scopist, Amsterdam UMC (locatie AMC)

illustratie-verpleegkundige-man

Hans-Erik Nobel

Verpleegkundig specialist en HRA-scopist, DC Klinieken

Patiëntenplatform zeldzame kankers

Patiëntenplatform Zeldzame Kankers

illustratie-deskundige-man

Prof. dr. Henry de Vries

Hoogleraar dermatologie, Amsterdam UMC (locatie AMC)

Foto Ramon van der Zee

Ramon van der Zee, MSc.

Arts-onderzoeker, Amsterdam UMC (locatie AMC)

Linkedin

illustratie-arts-man

Dr. Luc Dewit

Radiotherapeut, Antoni van Leeuwenhoek

illustratie-arts-vrouw

Dr. Debby Geijsen

Radiotherapeut, Amsterdam UMC (locatie AMC)

Foto Karen Neelis

Dr. Karen Neelis

Radiotherapeut-oncoloog, LUMC

LinkedIn

Foto Hans de Wilt

Prof. dr. Hans de Wilt

Chirurg-oncoloog, Radboudumc

Linkedin

Gemaakt door de redactie van kanker.nl

Laatste update: maart 2020