Kinderen begeleiden als genezing niet (meer) mogelijk is

Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.

Naar colofon
Opslaan

Moet ik mijn kind vertellen dat ik doodga? Kan mijn kind aanwezig zijn bij mijn overlijden? Wat is de rol van mijn kind tijdens de uitvaart? Als je kanker hebt en niet meer beter wordt, heb je misschien dit soort vragen. Hier lees je de antwoorden.

Wanneer je hoort dat je niet meer kunt genezen, denk je misschien wel als eerste: hoe vertel ik dit aan mijn kinderen?  Meestal is de weerstand om dit te vertellen groot, omdat niemand dit verdriet voor zijn kind wil. Uit ervaring blijkt echter dat kinderen dit nieuws toch graag willen weten.

Veel ouders vragen zich af hoe ze dit kunnen vertellen. Hieronder lees je de antwoorden op 5 veelgestelde vragen van ouders die niet meer kunnen genezen van kanker:

Heb je een vraag die er niet bij staat, dan kun je deze online stellen aan een psycholoog van het Ingeborg Douwes Centrum. Stel je vraag.

Moet ik vertellen dat ik doodga? En wanneer?

Te horen krijgen dat je niet meer beter wordt, is vreselijk verdrietig. Het is bijna niet mogelijk om dit achter te houden voor je kind. Breng je kind daarom zo snel mogelijk op de hoogte. Het is wel verstandig om het eerst aan een andere dierbare te vertellen. Dan krijg je de kans om je eerste heftige emoties te uiten. 

Belangrijke redenen om het te vertellen zijn:

  • Je kind krijgt de tijd om aan het idee te wennen en bewust afscheid van je te nemen. 
  • Je kind krijgt de kans om bewust samen met jou de resterende tijd door te brengen en daarvan te genieten. 
  • je geeft je kind en jezelf de mogelijkheid om te laten zien hoeveel jullie van elkaar houden. En dat jullie belangrijk voor elkaar zijn. 
  • Je kind krijgt de kans om met je te praten over het doodgaan. Wat is voor hem of haar belangrijk in deze laatste fase? Welke ondersteuning heeft hij of zij nodig en wie kan die geven?

Als je redenen hebt om het niet te vertellen

Misschien heb je belangrijke redenen om niet direct aan je kind te vertellen dat je doodgaat. Bespreek dan samen met je partner (of een andere naaste) wat dit zal betekenen voor je kind. Probeer jezelf daarbij te verplaatsen in je kind. 

Vind je het moeilijk, dan kun je advies vragen aan een oncologisch psycholoog.

Weerstand om het te vertellen

Het is normaal om een sterke weerstand te voelen om het te vertellen. Heb je nog enkele jaren te leven, dan voel je misschien extra weerstand om het te vertellen. Denk ook in dit geval goed na wat het voor je kind zal betekenen als je het niet vertelt. Kinderen kunnen het er later heel moeilijk mee hebben als het niet eerlijk is verteld.

Jonge kinderen

Heb je jonge kinderen? Dan kan het extra lastig zijn om te vertellen dat je in de nabije toekomst doodgaat. Zij leven vooral in het nu, en hebben daardoor minder besef van tijd. De ervaring leert dat ook jonge kinderen hierin een weg vinden en veerkracht laten zien.

Hoe vertel ik aan mijn kind dat ik doodga?

Je kunt met je partner of een andere naaste bespreken wie dit zal vertellen. Probeer dan samen het gesprek aan te gaan met je kind. Heb je meer kinderen, vertel het nieuws dan aan alle kinderen tegelijk. Denk je dat het beter is om het apart te vertellen, doe dat dan kort na elkaar. Let er daarbij op dat je steeds hetzelfde vertelt.

Duidelijk zijn 

Voor kinderen betekent niet meer beter worden iets anders dan doodgaan. Vertel je alleen dat je niet meer beter wordt, dan kan je kind denken dat je nog oud zult worden met kanker. Maak daarom duidelijk wat je vooruitzichten zijn. Dan kan je kind zich voorbereiden op wat er komen gaat.

Emoties

Doe het gesprek op een manier die bij je past. Forceer jezelf niet. Laat met je partner zien dat jullie het verdriet delen. Geef je kind de ruimte om zijn of haar gevoelens te uiten. Neem samen de tijd.

Hoop bieden

In een gesprek over doodgaan is het ook belangrijk om hoop te bieden. Aan het einde van het gesprek kun je bijvoorbeeld zeggen dat je hoopt dat je er nog zo lang mogelijk bent voor je kind. Maar beloof geen dingen die je niet waar kunt maken.

Focus op jullie gezamenlijke herinneringen. Of op dingen die jullie samen gaan doen in de tijd die er nog is. 

Voorbeeldfragment uit een gesprek over doodgaan:
 “Ik heb van de dokter gehoord dat de kankercellen in mijn lichaam sterker zijn dan Chemo Kasper en Radio Robbie, en dat ze niet helemaal weg zijn. De dokter heeft gezegd dat hij me niet meer beter kan maken. Uiteindelijk zal ik er dood aangaan, maar dat kan nog wel (… maanden, jaren) duren.
De dokter probeert er alles aan te doen om de kankercellen niet verder te laten groeien. In het ziekenhuis controleren ze dat steeds. 

Ik hoop dat ik zo lang mogelijk kan leven. Ik zal je eerlijk vertellen wanneer er iets verandert en je mag er ook altijd naar vragen.
In de tussentijd probeer ik de dingen te doen die ik ook deed voor de kankercellen kwamen. Dit voor zover het lukt met de moeheid en andere dingen die er veranderd zijn.

Zullen we ook samen dingen gaan bedenken die we echt belangrijk vinden om met elkaar te doen of te bespreken?”

Hoe kan mijn kind reageren als ik vertel dat ik niet beter word?

Ouders maken zich vaak zorgen over de reactie van hun kind. Ze zijn bang dat ze hun kind ‘beschadigen’ met het verschrikkelijke nieuws. Maar de ervaring leert dat kinderen vaak al door hebben dat de ouder doodgaat. En dat ze hier niet over durven te praten.

Hoe een kind reageert op het nieuws dat de ouder doodgaat, hangt af van wat het weet en begrijpt over doodgaan. Dit verschilt per leeftijd. 

Baby’s

Baby’s kunnen reageren op de emoties van de ouder. Hoewel ze niet beseffen wat doodgaan is, kunnen ze wel je onrust of verdriet voelen

Lees ook: tips en adviezen voor het begeleiden van baby’s (0-2 jaar)

Peuters en kleuters

Peuters begrijpen nog niet dat dood ook echt dood is. Ze kunnen wel begrijpen dat doodgaan ernstig is en daarom met verdriet, angst of boosheid reageren. 

Peuters zien doodgaan vaak als slapen. Daarom is het belangrijk om doodgaan niet uit te leggen als slapen. Want dan kan het kind een verband gaan leggen tussen slapen en doodgaan (en dus bang worden voor slapen). 

Vanaf ongeveer 3 jaar kan een kind begrijpen wat doodgaan betekent. Maar het zal ook nog worstelen met het idee dat dood betekent dat je nooit meer levend wordt.

Jonge kinderen hebben geen tijdsbesef zoals volwassenen. Ze begrijpen vooral wat er nu of in de nabije toekomst gebeurt. Een kleuter kan bijvoorbeeld begrijpen dat zijn verjaardag over vijf nachten is. Maar het snapt niet wat het betekent als de ouder niet lang meer te leven heeft. Dat maakt het lastig.

Lees ook: tips en adviezen voor het begeleiden van peuters en kleuters (2-5 jaar)

Schoolgaande kinderen

Kinderen die ouder zijn dan 6 jaar begrijpen meer over doodgaan. Ze kunnen hun verdriet laten zien, maar kunnen ook reageren op een manier die emotioneel niet passend is. Bijvoorbeeld lachen als ze verdrietig nieuws krijgen. 

Lees ook: tips en adviezen voor het begeleiden van kinderen op de basisschool (6-12 jaar)

Kinderen van 12 jaar en ouder

Een kind van 12 jaar begrijpt meestal wat doodgaan betekent en zal daarop emotioneel reageren. 

Dat je als ouder ziek bent en weet dat je doodgaat, heeft een enorme impact op je kind. Maar dat betekent niet dat je kind het niet aan zal kunnen. Vaak hebben kinderen veel veerkracht en kunnen ze zich goed aanpassen aan veranderingen. 

Je kunt kinderboeken of spelvormen gebruiken om met je kind stil te staan bij  doodgaan en wat dat betekent. Ook kun je er samen over praten. Via verhalen en ervaringen kunnen kinderen veel leren. 

Lees ook: tips en adviezen voor het begeleiden van oudere kinderen (12-18 jaar)

Kan een kind aanwezig zijn bij het overlijden van de ouder?

Sterven hoort bij het leven. Zijn kinderen al bij het hele ziekteproces betrokken, dan is het vaak vanzelfsprekend dat ze ook bij het overlijden zijn. 

Je kunt aan je kind vragen of het erbij wil zijn. Wil je kind dat, leg dan goed uit wat er kan gebeuren en wat je kind ongeveer kan verwachten. Wil je kind het niet, vraag dan door waarom je kind er niet bij wil zijn. Soms hebben kinderen ideeën over de dood die niet kloppen met de werkelijkheid.

Bij een jong kind zul je zelf een keuze moeten maken. Je kent je kind het beste en kan inschatten wat je kind aankan. Je eigen wensen kunnen ook een rol spelen bij je beslissing. Net als praktische redenen.

Je kind bij het sterven betrekken kan hem of haar helpen in het rouwproces na het overlijden. Ook voorkom je daarmee dat je kind zich buitengesloten voelt. Ook je eigen behoefte kan meespelen. Stel jezelf de vraag of je het belangrijk vindt dat je kind bij je is.

Belangrijk:

  • Zal je kind bij het overlijden aanwezig zijn? Kijk dan of een vertrouwde volwassene zich over je kind kan ontfermen. Voor de partner is het vaak moeilijk om aandacht te geven aan het kind, als hij/zij zelf verdrietig is.
  • Bereid je kind zo goed mogelijk voor op het overlijden. Leg uit wat het waarschijnlijk gaat zien, horen, ruiken etc. 
  • Geef je kind vooraf toestemming om weg te gaan als het daar behoefte aan heeft. Zorg wel dat iemand anders je kind op kan vangen.

Bij euthanasie of palliatieve sedatie

Bij euthanasie kun je tegen je kind zeggen: 
“Als iemand zo ziek is dat hij zeker binnen een paar weken doodgaat en heel veel pijn heeft, dan kan hij aan de dokter vragen om hem te helpen om dood te gaan. De dokter moet hem dan ook onderzoeken om zeker te weten dat hij dood zal gaan en echt veel pijn heeft. Hij moet dan ook nog aan een andere dokter vragen om mee te kijken. Als iedereen het zeker weet, dan kan de dokter een middel geven om wat eerder dood te gaan.”

Bij palliatieve sedatie kun je zeggen: 
“Als iemand zo ziek is dat hij binnen een paar weken dood zal gaan en heel veel pijn heeft, dan kan de dokter een medicijn geven waardoor hij de pijn minder of niet meer voelt. Vaak komt iemand dan in een soort slaap. Iemand kan dan ook niet meer zitten of lopen en ook niet meer praten of knuffelen."

Wat is de rol van mijn kind tijdens een begrafenis of crematie?

Een uitvaart is een afscheidsritueel. Afscheid nemen is een belangrijk onderdeel van het rouwproces, ook voor je kinderen. Neem je kinderen daarom gewoon mee naar de begrafenis en crematie. 

Kinderen vinden het vaak fijn als zijzelf ook wat mogen doen. Bijvoorbeeld een kaars aansteken, bloemen uitzoeken, een deel van de kaart ontwerpen, de kist beschilderen of muziek uitzoeken. Sommige kinderen willen graag wat zeggen of spelen op een muziekinstrument bij de uitvaart. Er zijn ook kinderen die helemaal niets willen doen. Dat is ook goed.

Ook een baby kan mee naar de uitvaart. Later kun je dan vertellen dat hij of zij ook bij de begrafenis of crematie aanwezig was.

Bereid kinderen goed voor. Wat zullen ze zien, horen, voelen? Het is voor kinderen bijvoorbeeld indrukwekkend dat veel volwassenen zullen huilen. Dat kun je tevoren vertellen.

Leg ook aan kinderen uit wat begraven en cremeren is:

  • Bij begraven komt het lichaam van hun ouder in een kist, doek of mand te liggen. Dan wordt er een heel groot gat in de grond gegraven, waar de kist in gaat. Daar komt weer zand overheen. Tot slot komt er een steen met daarop de naam van degene die dood is gegaan. 
  • Bij cremeren komt het lichaam van hun ouder in een kist te liggen. Die kist wordt in een hele grote oven gedaan. Die oven is zo heet dat het lichaam verbrandt. De as die over blijft wordt in een soort vaas gedaan met een deksel erop. Later kan de as worden uitgestrooid. 
  • Benadruk dat de overledene niets meer voelt, ziet of hoort en er dus niks van merkt.

Tips:

  • Foto’s maken van de uitvaart kan jonge kinderen helpen in het latere leven. 
  • Voor kleintjes kan een uitvaart erg lang duren. Zorg dat er iemand is met wie ze eventueel naar een andere kamer of naar buiten kunnen gaan.

Colofon

Met medewerking van:

illustratie-deskundige-vrouw

Dr. Eline Aukema

GZ-psycholoog, Ingeborg Douwes Centrum

Foto Mecheline van der Linden

Dr. Mecheline van der Linden

Klinisch psycholoog, Amsterdam UMC (locatie VUmc) en oud-voorzitter Stichting Verdriet door je hoofd

LinkedIn

illustratie-deskundige-vrouw

Drs. Carine Kappeyne van de Coppello

GZ-psycholoog bij Ingeborg Douwes Centrum en voormalig bestuurslid Stichting Achter de Regenboog

foto-josien-groot

Drs. Josien Groot

GZ-psycholoog, Ingeborg Douwes Centrum

LinkedIn

illustratie-deskundige-vrouw

Drs. Nel Kleverlaan

Ontwikkelingspsycholoog, initiatiefnemer en voorzitter Stichting Verdriet door je hoofd

Illustratie mensen

Ervaringsdeskundigen

Gemaakt door de redactie van kanker.nl, Ingeborg Douwes Centrum

Laatste update: september 2018