Wie kan mij helpen?

Na de behandeling valt de veilige omgeving van het ziekenhuis weg. Ook de omgeving verwacht vaak weer dat je ‘beter’ bent. Hierdoor kun je het gevoel hebben dat je er alleen voor staat. Toch zijn er verschillende mensen die je kunnen helpen om je leven weer op te pakken. 

Wat kun je doen?

Tip 1: Vraag andere kankerpatiënten hoe zij de draad weer hebben opgepakt. Welke adviezen en tips hebben zij voor jou? 

• Loop eens binnen voor een kop koffie of thee bij een Centrum voor leven met en na kanker voor ex-kankerpatiënten en hun naasten.
• Informeer bij de patiëntenorganisatie of er iemand is met wie je kunt praten. Of ga naar een contactdag van de patiëntenorganisatie.
• Lees ervaringen van anderen in de gespreksgroep Na de behandelingen verder met je leven
•  Je kunt ook met anderen in contact komen met lotgenoten via Facebook en andere social media.

Tip 2: Bespreek je klachten en zorgen met je huisarts

• Vertel je huisarts hoe het met je gaat en waar je last van hebt. Ook als je denkt dat er niets aan te doen is of dat je klachten ‘erbij horen’. 
• Overleg met je huisarts wat je zelf kunt doen en waar je eventueel hulp bij kunt krijgen. Misschien verwijst hij of zij je naar de POH-GGZ (praktijkondersteuner) voor begeleiding.
• Als je dat wilt, vraag dan om een verwijzing naar een hulpverlener, bijvoorbeeld een psycholoog of geestelijk verzorger. 

Zoek passende zorg en hulp op kanker.nl

Tip 3: Zoek iemand die je kan coachen of begeleiden

Misschien heb je een vriend of vriendin die dat wil doen. Of is er iemand op je werk die je kunt vragen. Met zo iemand kun je bespreken welke dingen je kunt doen om je beter te voelen.

Er zijn ook professionele coaches die mensen met kanker begeleiden. Je kunt vrijblijvend informeren wat zij voor jou kunnen betekenen. Misschien kun je de kosten via je werkgever (deels) vergoed krijgen.

In sommige ziekenhuizen zijn ondersteuningsconsulenten die je kunnen helpen om het leven weer op te pakken. Dit zijn meestal oncologieverpleegkundigen.  Informeer ernaar bij je ziekenhuis of bij Stichting OOK.