Behandeling van darmkanker per stadium
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonDe behandeling die je voor darmkanker krijgt, hangt onder andere af van het stadium. Met stadium bedoelen we hoe ver de ziekte is. Bekijk welke behandelingen mogelijk zijn bij jouw stadium darmkanker.
Er zijn ook andere factoren die van invloed zijn op welke behandeling je krijgt. Bijvoorbeeld je leeftijd, lichamelijke conditie en hoe je reageert op een behandeling.
Ook maakt het uit of er fouten in het DNA van de kankercellen zitten of niet. En of de tumor een micro-instabiele (MSI)-tumor is of niet.
Lees op deze pagina over:
- Behandeling van stadium 1 darmkanker
- Behandeling van stadium 2 darmkanker
- Behandeling van stadium 3 darmkanker (uitzaaiingen in de lymfeklieren)
- Behandeling van stadium 4 darmkanker (uitzaaiingen in andere organen)
Weet je het stadium van jouw darmkanker niet? Je kunt dit navragen bij je arts. Het staat ook in je patiëntendossier. Of bekijk alle behandelingen bij darmkanker.
Behandeling van stadium 1 darmkanker
Bij stadium 1 darmkanker zit de tumor binnen in de darmwand.
Meestal is de behandeling bij stadium 1 darmkanker:
Coloscopie
Soms kan de tumor verwijderd worden tijdens een coloscopie. Het weggehaalde weefsel gaat daarna voor onderzoek naar het laboratorium. Uit het onderzoek blijkt soms dat alsnog een operatie nodig is.
Operatie
De chirurg kan de tumor ook verwijderen tijdens een operatie.
Behandeling van stadium 2 darmkanker
Bij stadium 2 darmkanker is de tumor door de darmwand heen gegroeid. Bijvoorbeeld in het vetweefsel om de darm heen of in een ander orgaan.
Meestal krijg je bij stadium 2 darmkanker deze behandelingen:
Operatie
Tijdens de operatie verwijdert de chirurg de tumor. De chirurg verwijdert ook de lymfeklieren in de buurt van de tumor.
Chemotherapie na de operatie
Soms stelt de arts chemotherapie voor na de operatie bij mensen met stadium 2 darmkanker. Dat is alleen nodig als er een verhoogde kans is dat de tumor terugkomt na de operatie. Door chemotherapie is de kans op terugkeer van de kanker kleiner.
Behandeling van stadium 3 darmkanker
Bij stadium 3 zijn er uitzaaiingen in de lymfeklieren rondom de tumor. Er zijn geen uitzaaiingen op andere plekken in het lichaam.
Meestal krijg je bij stadium 3 darmkanker deze behandelingen:
Operatie
Tijdens de operatie verwijdert de chirurg de tumor en de lymfeklieren in de buurt van de tumor.
Chemotherapie na de operatie
Na de operatie stelt de arts aanvullende (adjuvante) chemotherapie voor. Deze chemotherapie is bedoeld om ook de uitzaaiingen die je niet kunt zien en er mogelijk wel zijn te doden. Hierdoor is de kans dat de uitzaaiingen terugkomen, kleiner.
Of je arts de chemotherapie voorstelt, hangt af van je conditie en hoe je herstelt van de operatie.
Behandeling van stadium 4 darmkanker
Bij stadium 4 darmkanker zijn er uitzaaiingen elders in het lichaam. Bijvoorbeeld in de lever of op het buikvlies.
Welke behandeling mogelijk is, ligt aan hoeveel uitzaaiingen er zijn en waar ze in het lichaam zitten. Je arts bespreekt dit met je.
Mogelijke behandelingen bij uitgezaaide darmkanker zijn:
- operatie van de uitzaaiing bij één of enkele uitzaaiingen in de lever of in de longen
- warmte-ablatie met RFA of MWA bij één of enkele uitzaaiingen in de lever of in de longen
- bestraling bij één of enkele uitzaaiingen in de lever of in de longen
- bij uitzaaiingen op het buikvlies: CR/HIPEC
- bij veel uitzaaiingen in het lichaam: chemotherapie, soms samen met doelgerichte therapie
De behandeling is meestal bedoeld om het leven te verlengen en de klachten te verminderen. Het uitgangspunt is een goede kwaliteit van leven. Als er niet veel uitzaaiingen zijn, is soms wel genezing mogelijk.
Een behandeling heeft ook gevolgen. Het is belangrijk dat je met je arts de voordelen en de nadelen van de behandeling afweegt.
Als je twijfelt over een behandeling
Een behandeling is niet verplicht. Je hebt altijd de keuze om niet te starten met een behandeling. Je kunt ook stoppen met een behandeling. Twijfel je over een (verdere) behandeling? Praat erover met je arts of verpleegkundige. Lees meer als je twijfelt over een behandeling.