Woordenboek darmkanker
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonEen woord dat je niet kent? Wij leggen het uit.
A - B - C - D - E - F - G - H - I - L - M - N - O - P - R - S - T - U - V - W - Y - Z
A
Abdominoperineale resectie
APR, endeldarmverwijdering
Operatie van de endeldarm. De chirurg verwijdert de endeldarm en de anus (poepgat). Na deze operatie is een stoma nodig.
Anaal
Via de anus (het poepgat).
Anale fissuur
Anusscheurtje
Een kloofje of scheurtje van de anus (poepgat).
Anale kanaal
Het allerlaatste deel van de endeldarm waardoor de ontlasting (poep) uit het lichaam komt. Het anale kanaal is enkele centimeters lang en aan het eind zit de kringspier.
Anorectale overgang
De plek waar de endeldarm overgaat in de anus (het poepgat).
Anus
Poepgat
Het gat aan het eind van de darm waardoor de ontlasting (poep) uit het lichaam komt.
B
BBPS
Boston Bowel Preparation Scale
Een maat waarmee de arts aangeeft hoe schoon de darmen zijn na een darmspoeling. De score loopt van 0 tot 9. Een score van 6 of hoger geeft aan dat de darm schoon genoeg is.
C
Colectomie
Darmresectie, darmverwijdering
Een operatie waarbij de chirurg een deel van de dikke darm verwijdert.
Colitis
Darmontsteking, enterocolitis
Een ontsteking van de dikke darm.
Colitis ulcerosa
Chronische ontsteking van de dikke darm.
Coloanale anastomose
Colorectale anastomose
Een verbinding tussen de dikke darm (colon) en de anus (het poepgat). De chirurg maakt deze verbinding na een endeldarmoperatie.
Colon
Dikke darm
De dikke darm.
Colon ascendens
Het stijgende deel van de dikke darm. Dit is het eerste deel van de dikke darm en zit aan de rechterkant van het lichaam.
Colon descendens
Het dalende deel van de dikke darm. Dit deel zit aan de linkerkant van het lichaam.
Colon transversum
Het dwarse (platte) deel van de dikke darm.
Coloninloop
Via de anus (poepgat) brengt de arts contrastmiddel in de darmen. Zo kan de chirurg de darmen beter bekijken op een scan, bijvoorbeeld de naad tussen de darmdelen.
Colonoscopie
Coloscopie
Een kijkonderzoek waarbij de arts via de anus (poepgat) ín de dikke darm kijkt.
Colostoma
Dikkedarmstoma
Een kunstmatige opening van de dikke darm op de buik. Door de stoma komt de ontlasting (poep) uit het lichaam in een opvangzakje.
CRC
Colorectaal carcinoom
Kanker in de dikke darm of in de endeldarm.
CT-colonografie
Een onderzoek waarbij de arts met een CT-scan kijkt of er poliepen of kanker in de darmen zitten.
D
Darmholte
Darmlumen
De binnenkant van de darmen.
Darmobstructie
Darmafsluiting, mechanische ileus
Het voedsel kan niet verder door de darm. Dit komt door een vernauwing of afsluiting van de darm.
Darmwand
De wand van de darm. De darmwand bestaat uit meerdere lagen.
Deviatiecolitis
Een ontsteking van een stuk van de darm dat geen functie meer heeft. Omdat de ontlasting (poep) door de stoma naar buiten komt, komt de ontlasting dan niet meer door dat deel van de darm. Hierdoor kan deze ontsteking ontstaan.
Diffusierestrictie
Een plek op de MRI-scan die opvalt door een afwijkende kleur. De afwijkende plek kan kanker zijn.
Dikkedarmkanker
Coloncarcinoom
Kanker in de dikke darm.
Diverticulitis
Ontstekingen in de goedaardige uitstulpingen van de dikke darmwand.
Divertikel
Uitstulping
Abnormale, maar goedaardige uitstulping van de dikke darm.
Dubbelloops stoma
Een kunstmatige opening van de darm op de buik. De stoma heeft 2 uitgangen: 1 voor slijm en 1 voor ontlasting.
Dunnedarmkanker
Kanker in de dunne darm.
E
Eindstandig stoma
Een kunstmatige opening van de dikke darm op de buik. Deze soort stoma heeft 1 uitgang. Door de stoma komt de ontlasting (poep) uit het lichaam in een opvangzakje.
Endeldarmkanker
Rectumcarcinoom
Kanker in de endeldarm.
Endorectale echografie
Een onderzoek waarbij de arts via de anus (poepgat) een echo van de endeldarm en de weefsels in de buurt maakt.
Endosponge
Een behandeling met een spons. De spons kan vocht en weefsel opzuigen als de naad tussen de darmdelen is gaan lekken na de operatie.
Enteritis
Darmontsteking
Een ontsteking van de darm.
Externe sfincter
Kringspier
De buitenste kringspier van de anus (het poepgat).
F
Familiaire adenomateuze polyposis
FAP, polyposis coli
Een erfelijke ziekte waardoor er veel poliepen in de darm ontstaan. Mensen met FAP hebben een grote kans om darmkanker te krijgen
Flexura hepatica
De naam voor de bocht in de dikke darm die tussen het opstijgende deel zit en het platte deel. De bocht ligt bij de lever, rechts in het lichaam.
Flexura lienalis
De naam voor de bocht in de dikke darm die tussen het platte deel en het dalende deel zit. De bocht ligt bij de milt, links in het lichaam.
G
Gloucester comfort score
Dit is een maat waarmee de patiënt aangeeft hoe vervelend of pijnlijk het kijkonderzoek van de dikke darm (coloscopie) was.
H
Hartmann-procedure
Een operatie waarbij de arts een stuk dikke darm verwijdert. Het stuk darm is het S-vormige deel (sigmoïd). Er is een stoma nodig.
Hausstratiepatroon
Het kenmerkende uiterlijk van de dikke darm: de ingesnoerde plooien aan de buitenkant.
Hemicolectomie
Een operatie waarbij de arts alleen het rechter deel of alleen het linker deel van de dikke darm weghaalt.
Hemorroïd
Aambei
Uitstulping aan de binnenkant of buitenkant van de anus (poepgat) dat kan gaan bloeden.
High tie
Bij de operatie aan de endeldarm maakt de chirurg een bepaald bloedvat in de buik los van de grote lichaamsslagader (de aorta). Zo krijgt een deel van de darm geen bloed meer en kan de arts de lymfeklieren in dat gebied verwijderen.
High-output stoma
Een stoma waar heel veel vocht uitkomt, vergelijkbaar met diarree. Het houdt enkele dagen aan. Zo kan een patiënt veel vocht, mineralen en zouten verliezen en uitdrogen.
I
IBD
Chronische darmontsteking, inflammatory bowel disease
Een langdurige ontsteking van de darm.
IFOBT
Immunochemische fecaal occult bloedtest
Onderzoek om te kijken of er bloed in de ontlasting zit. De methode wordt gebruikt bij het bevolkingsonderzoek.
Ileostoma
Dunnedarmstoma
Een kunstmatige opening van de dunne darm op de buik waardoor de ontlasting (poep) uit het lichaam kan. Aan de stoma zit een opvangzakje.
L
Liscoagulatie
Lissen
Een manier om een poliep in de darm weg te halen. De arts doet dit met een soort lasso (lis) die aan de endoscoop vast zit.
Locally advanced rectumcarcinoom
LARC
De tumor in de endeldarm groeit in de spierlaag van de darmwand en soms in omliggende weefsels. Er kunnen ook uitzaaiingen in de lymfeklieren zijn.
Low anterior resectie
LAR
Een operatie waarbij de arts een stuk van de endeldarm, met het vetweefsel en de lymfeklieren daarin verwijdert.
Low anterior resectie syndroom
LARS
Een verzamelnaam voor klachten die kunnen ontstaan na de behandeling van endeldarmkanker. Vaak hebben de klachten te maken met de ontlasting.
Low tie
De arts maakt een bepaald bloedvat in de buik los van de grote lichaamsslagader (aorta). Zo krijgt een deel van de endeldarm geen bloed meer.
Lynch-syndroom
Hereditary non-polyposis colorectal cancer, HNPCC
Een erfelijke ziekte waardoor de kans op darmkanker groter is. Vrouwen met Lynch hebben ook een grotere kans op baarmoederkanker.
M
MAP
Mutyh geassocieerde polyposis
Een erfelijke ziekte waardoor er veel poliepen in de darm ontstaan. Mensen met MAP hebben een grote kans om darmkanker te krijgen.
Mesenterium
Een weefsel waarmee de darm vastzit aan de binnenkant van de buik. In dit weefsel zit vetweefsel en lopen bloedvaten, lymfevaten en lymfeklieren.
Mesorectale fascie
MRF
Een vlies dat om het vet, bloedvaten en lymfeklieren van de endeldarm zit.
Mesorectum
Vet dat om de endeldarm zit. In het vetweefsel zitten lymfeklieren en bloedvaten
Microsatelliet-instabiel
MSI
Bij microsatelliet-instabiliteit zijn er veel mutaties (afwijkingen) in het DNA van de kankercellen.
Microsatelliet-stabiel
MSS
De genen die het DNA repareren als er fouten ontstaan werken nog. Daarom zijn meestal minder mutaties (afwijkingen) in het DNA dan bij microsatelliet-instabiele tumoren.
Mucosale poliep
Een poliep aan de binnenkant van de darm die ontstaan is uit het slijmvlies.
Muscularis propria
Een van de spierlagen in de darmwand.
N
Naadlekkage
Als er vocht of ontlasting (poep) lekt bij de naad. De naad is de plek waar de chirurg de twee stukken darm aan maakt.
O
Omentumplastiek
Als de arts het omentum (vetschort) losmaakt om bijvoorbeeld een ruimte in de buik op te vullen na een operatie. Of om als bescherming van de darmverbinding (de naad) te gebruiken.
P
Parastomale hernia
Stomabreuk
Er zit een breuk in het litteken in de buik naast de stoma waardoor de opening waardoor de stoma naar buiten komt, groter is.
Peri-anale fistel
Peri-anale pijpzweer
Een gangetje tussen de anus en de huid. De oorzaak is een ontsteking aan een slijmkliertje.
Perirectaal vet
Mesorectaal vet
Vetweefsel rondom de endeldarm. In dit vetweefsel zitten bloedvaten en lymfeklieren.
Peristaltiek
Spijsvertering
De golfbeweging die de darm maakt om het voedsel door het bijvoorbeeld de darm te bewegen.
Platzbauch
Gesprongen buikwond
De buikwond van de patiënt springt open waardoor de darmen soms te zien zijn.
Polyposis
Een ziekte waardoor er veel poliepen in de darm ontstaan. Mensen met polyposis hebben een grote kans om darmkanker te krijgen.
Portoveneuze fase
De portoveneuze fase is het moment dat de contrastvloeistof in de bloedvaten van de buik zit. Tijdens deze fase kan een CT-scan van de lever het best gemaakt worden.
Proctitis
Endeldarmontsteking
Ontsteking van de endeldarm.
R
Radiatieproctitis
Ontsteking van de endeldarm door bestraling.
Rectaal
Op de plaats van het rectum (de endeldarm).
Rectaal toucher
Rectaal onderzoek
Via de anus brengt de arts een vinger in het rectum (de endeldarm). Dit is het uiteinde van de dikke darm. Zo kan de arts voelen of er afwijkingen in de endeldarm of bij de anus zitten. En of de prostaat vergroot is (bij mannen).
Rectosigmoïdale overgang
De plek waar de dikke darm overgaat in de endeldarm.
Rectum
Endeldarm
Het laatste stuk van de dikke darm. Aan het eind van de endeldarm zit de anus (het poepgat).
S
Serosa
De buitenlaag van de darmwand.
Sessiel poliep
De poliep heeft een platte vorm en zit niet op een steeltje.
Sigmoïd
S-vormig deel
Het deel van de dikke darm voordat de endeldarm begint. Het sigmoïd heeft een S-vorm.
Sigmoid take-off
De plek waar het sigmoïd, het laatste stuk van de dikke darm, overgaat in de endeldarm. De plek is te zien op de MRI-scan.
Sigmoïdoscopie
Een kijkonderzoek waarmee de arts het sigmoïd bekijkt. Dit is het laatste deel van de dikke darm voordat de endeldarm begint.
Stoma
Een kunstmatige opening waardoor de urine (plas) of ontlasting (poep) uit het lichaam kan. Dit is nodig als iemand niet meer op de gewone manier kan plassen of poepen. Aan de stoma zit een opvangzakje.
Stoma prolaps
Er komt een stukje van de darm via de stoma-opening naar buiten.
Subserosa
Een laag van de darmwand.
T
TAMIS
TEM, transanale endoscopische microchirurgie, transal minimally invasive surgery
Een operatie via de anus (poepgat) waarbij de arts de tumor uit de endeldarm kan weghalen. De endeldarm en de anus (poepgat) blijven zitten.
Terminale ileum
Het laatste stukje van de dunne darm, voordat die overgaat in de dikke darm.
Totale mesorectale excisie
TME
Een operatie waarbij de chirurg de tumor uit de endeldarm verwijdert en het vetweefsel eromheen.
Transversostoma
Een stoma dat gemaakt is op het platte deel van de dikke darm. Dit stuk darm heet het colon transversum.
Tubulair adenoom
Een soort poliep in de darm die kwaadaardig kan worden.
V
Valvula bauhini
De klep op de overgang tussen de dunne darm en de dikke darm.
Villeus adenoom
Een poliep in de darm die kwaadaardig kan worden.
Z
Zegelringcelcarcinoom
Een bepaald soort kwaadaardige tumor (kanker) in de dikke darm.
Ziekte van Crohn
Morbus Crohn
Chronische ontsteking van de darm. De ontsteking zit meestal in het laatste deel van de dunne darm, of in de dikke darm.
Gebruik woordenboek door zorgverleners en ziekenhuizen
Dit woordenboek is voor iedereen vrij te gebruiken. Dus ook voor zorgverleners en ziekenhuizen. Ook is het mogelijk om het woordenboek automatisch in het elektronisch patiëntendossier (EPD) te tonen. Heeft u als zorgverlener hier interesse in? Neem dan contact op met kanker.nl.