Chemotherapie bij zaadbalkanker
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonChemotherapie kan bij zaadbalkanker een behandeling zijn om uitzaaiingen te voorkomen of uitzaaiingen te bestrijden na de operatie.
Lees op deze pagina verder over:
- Hoe werkt chemotherapie?
- Chemotherapie bij zaadbalkanker in stadium 1
- Chemotherapie bij zaadbalkanker in stadium 2 en 3
- Bloedonderzoek tijdens de chemotherapie
- Bijwerkingen van chemotherapie
- Herstel na chemotherapie
- Chemotherapie als je niet meer kunt genezen
Hoe werkt chemotherapie?
Chemotherapie is een behandeling met cytostatica. Dit zijn medicijnen die kankercellen doden of hun celdeling remmen. Deze medicijnen verspreiden zich via het bloed door je lichaam. Ze kunnen op bijna alle plaatsen de kankercellen bereiken.
De behandeling bestaat uit een of meer chemokuren. Je krijgt de chemo via een infuus.
Chemotherapie, wat is het en hoe krijg je chemotherapie?
Chemotherapie bij zaadbalkanker in stadium 1
Zijn er bij de onderzoeken geen uitzaaiingen gevonden, dan heet dat stadium 1.
Is de kans op uitzaaiingen klein (laag risico), dan heb je na de operatie geen aanvullende behandeling met chemotherapie nodig.
Is de kans op uitzaaiingen groot (hoog risico), dan adviseert de arts meestal wel chemotherapie na de operatie.
Welke medicijnen je krijgt, hangt af van de soort zaadbalkanker die je hebt: seminoom of non-seminoom.
Chemotherapie bij een hoog risico seminoom stadium 1
Een hoog risico seminoom is een tumor die groter is dan 4 cm en die is doorgegroeid in het netwerk van buisjes aan de achterkant van de zaadbal (rete testis).
Heb je een hoog risico seminoom? Dan is de kans op uitzaaiingen ongeveer 12 tot 20%.
Bij een hoog risico seminoom kan de arts 1 kuur chemotherapie adviseren met carboplatin. Deze kuur duurt 1 dag.
Bespreek de voor- en nadelen van deze kuur met je arts.
Chemotherapie bij een hoog risico non-seminoom stadium 1
Een hoog risico non-seminoom is een tumor die in lymfevaten en/of bloedvaten is ingegroeid.
Heb je een hoog risico non-seminoom? Dan is de kans op uitzaaiingen ongeveer 40 tot 50%. Chemotherapie verkleint de kans op latere uitzaaiingen naar ongeveer 3%.
Bij een hoog risico non-seminoom adviseert de arts meestal 1 kuur met een combinatie van 3 medicijnen: bleomycine, etoposide en cisplatin. Dit heet een BEP-kuur.
Eén BEP-kuur duurt 3 weken. In de eerste week word je een aantal dagen opgenomen voor de chemotherapie.
Chemotherapie bij zaadbalkanker in stadium 2 en 3
Bij zaadbalkanker stadium 2 en 3 heb je uitzaaiingen. Met chemotherapie heb je een grote kans op genezing.
Welke combinatie van medicijnen je krijgt, hangt af van het stadium van de ziekte en de kenmerken van de tumor. Samen bepalen die je prognose. Je arts vertelt je daar meer over.
Uitleg over de verschillende prognosegroepen (goed, gemiddeld of slecht) lees je op de pagina over uitzaaiingen.
Chemotherapie bij een goede prognose
Bij een goede prognose stadium 2 en 3 zijn er 2 mogelijkheden:
- 3 keer een BEP-kuur: je krijgt dan een combinatie van de medicijnen bleomycine, etoposide en cisplatine.
- 4 keer een EP-kuur. Je krijgt dan een combinatie van de medicijnen etoposide en cisplatine.
De kans op genezing is bij BEP-kuren even groot als bij EP-kuren. De bijwerkingen van de middelen zijn wel anders. Hoelang je in het ziekenhuis moet blijven tijdens de kuur, verschilt ook.
Met je arts bespreek je welke kuur het beste bij je past. Op de website van Stichting Zaadbalkanker vind je uitleg over de beide kuren. Deze uitleg kan je misschien helpen bij het maken van een keuze.
Chemotherapie bij een gemiddelde of slechte prognose
Bij een gemiddelde of slechte prognose zijn er ook 2 mogelijkheden:
- 4 keer een BEP-kuur. Een BEP-kuur bestaat uit bleomycine, etoposide en cisplatine.
- 4 keer een VIP-kuur. Een VIP-kuur bestaat uit etoposide, ifosfamide en cisplatine.
Ook hier heeft chemotherapie het doel om te genezen.
Soms nog een lymfeklieroperatie na chemotherapie
Zijn je lymfeklieren na de chemotherapie nog vergroot? Dan zitten er misschien nog uitzaaiingen in de lymfeklieren achter in de buik (retroperitoneum). Soms krijg je dan nog een lymfeklieroperatie.
Soms nog een operatie na chemotherapie
Heb je een non-seminoom? En zijn er op de CT-scan na afloop van de chemotherapie nog restafwijkingen te zien? Dan kan de chirurg die afwijkingen soms met een extra operatie verwijderen. Dit kan alleen als de afwijkingen niet te groot zijn.
Soms actief volgen na chemotherapie
Heb je een seminoom? En zijn er op de CT-scan nog restafwijkingen te zien na chemotherapie? Dan stelt de arts vaak voor om je een tijd actief te volgen. Het kan zijn dat je dan ook nog een PET-CT-scan krijgt.
Bloedonderzoek tijdens de chemotherapie
Tijdens de behandeling met chemotherapie controleert de arts vaak ook de tumormarkers en hoeveelheid LDH in je bloed. Zo kan de arts zien of de tumor goed reageert op de behandeling. Het is mogelijk dat de arts in overleg met jou de behandeling nog aanpast.
Bijwerkingen van chemotherapie bij zaadbalkanker
Chemotherapie kan bijwerkingen geven. Het hangt van de medicijnen af welke bijwerkingen dat zijn. Bespreek de bijwerkingen goed met de arts en beslis dan samen welke kuur het beste bij jou past.
De meest voorkomende bijwerkingen zijn:
- haaruitval
- darmproblemen, misselijkheid en/of braken
- bloedarmoede, een groter risico op infecties en op bloedingen
- onvruchtbaarheid of verminderde vruchtbaarheid
- vermoeidheid
Deze bijwerkingen komen minder vaak voor:
- een tintelend gevoel in vingers en voeten (neuropathie), soms ook oorsuizen
- koude en pijnlijke handen en voeten, vooral als het kouder wordt
- benauwdheid en hoesten
- concentratieproblemen
Na de chemokuur nemen de bijwerkingen meestal af. Maar je kunt na de behandeling nog lang moe blijven.
Ben je misselijk of geef je veel over? Dan kun je hier meestal medicijnen voor krijgen. Vraag dit aan je arts.
Chemotherapie, bijwerkingen en tips
Herstel na chemotherapie
Na een volledige behandeling (3 of 4 kuren) duurt het herstel gemiddeld 9 tot 12 maanden.
Houd er rekening mee dat de periode na je behandeling ook nog zwaar kan zijn. Je kunt nog lang last hebben van vermoeidheid of je maakt je zorgen. Daardoor duurt het soms wat langer om de draad op te pakken. Heb je advies of hulp nodig? Vraag dan om een verwijzing naar een AYA-poli. Daar werken speciaal opgeleide zorgverleners die jou kunnen adviseren over werk, studie, seksualiteit, sport, relatie en nog veel meer.