Conisatie bij baarmoederhalskanker
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonHeb je baarmoederhalskanker in een heel vroeg stadium (stadium 1a)? Dan kun je een kleine operatie aan de baarmoederhals krijgen. Deze operatie heet een conisatie.
Lees op deze pagina over:
- Hoe gaat een conisatie?
- Lymfeklieren weghalen tijdens de operatie
- Bijwerkingen en gevolgen van een conisatie
Hoe gaat een conisatie?
Bij een conisatie haalt de arts een kegelvormig stukje van de baarmoederhals weg. Dit doet de arts via de vagina. De operatie gebeurt onder narcose of met een ruggenprik in het ziekenhuis. Meestal mag je dezelfde dag nog naar huis.
Na de behandeling krijg je regelmatig een uitstrijkje. Ook kom je nog een paar jaar op controle in het ziekenhuis.
Lymfeklieren weghalen tijdens de operatie
Soms heeft de tumor bepaalde eigenschappen waardoor het risico op uitzaaiingen in de lymfeklieren wat groter is. Dan krijg je soms tegelijk met de conisatie een lymfeklierdissectie.
Bij een lymfeklierdissectie haalt de arts alle lymfeklieren onder in je buik (het bekken) weg. Dit gebeurt om te beoordelen of er nog bestraling nodig is.
Soms wordt de lymfeklierdissectie gecombineerd met een schildwachtklierprocedure. Dit is een onderzoek waarbij de arts de schildwachtklier opzoekt, verwijdert en laat onderzoeken. Lees verder over de schildwachtklierprocedure bij baarmoederhalskanker.
Bijwerkingen en gevolgen van een conisatie
Na de operatie kun je nog 1 tot 3 weken last hebben van bloedverlies of bloederige afscheiding. De operatie heeft verder geen gevolgen. Je kunt nog gewoon ongesteld worden.
Een conisatie heeft nauwelijks invloed op je kansen om zwanger te worden. Wel is de kans op vroeggeboorte iets groter. Daarom word je tijdens je zwangerschap extra gecontroleerd.