Het stadium van eierstokkanker

Van je arts hoor je in welke stadium de eierstokkanker is. En wat dat betekent voor je behandeling en je vooruitzichten. 

Artsen delen eierstokkanker in stadia in. Het stadium zegt iets over hoe uitgebreid de ziekte is.

De diagnose eierstokkanker is op meerdere manieren te stellen. Als de arts nog niet precies kan zeggen in welk stadium de ziekte is, kan een stadiëringsoperatie nodig zijn. 

Wanneer het precieze stadium bekend is, vertelt de arts wat dit betekent voor je vooruitzichten en of er een vervolgbehandeling nodig is. 

Stadiumindeling bij eierstokkanker

Stadium 1

De tumor zit in 1 of beide eierstokken. 

• stadium 1a: de kanker zit alleen aan de binnenkant van 1 eierstok of 1 eileider.
• stadium 1b: de kanker zit alleen aan de binnenkant van beide eierstokken of eileiders.
• stadium 1c: de kanker zit ook aan de buitenkant van de eierstok(ken) of eileider(s). Er kunnen ook uitzaaiingen in de buikholte zitten.

Stadium 2

De tumor is doorgegroeid in andere organen rond de eierstokken.

• stadium 2A: de tumor is doorgegroeid naar de baarmoeder of eileiders.
• stadium 2B: de tumor is doorgegroeid naar andere weefsels in het kleine bekken, zoals het buikvlies aan de bekkenwand of de dikke darm
• stadium 2C: zoals bij stadium 2A of 2B, maar er zitten nu ook kankercellen in het buikvocht.

Stadium 3

Er zijn uitzaaiingen in de buikholte buiten het kleine bekken, bijvoorbeeld in het buikvlies of in het vetschort.

• stadium 3A: de uitzaaiingen zijn niet zichtbaar met het blote oog.
• stadium 3B: de uitzaaiingen zijn wel zichtbaar met het blote oog en kleiner dan 2 cm.
• stadium 3C: de uitzaaiingen zijn groter dan 2 cm. Ook kunnen er uitzaaiingen zitten in de lymfeklieren in het bekken of rond de grote lichaamsslagader. 

Stadium 4

Er zijn uitzaaiingen van eierstokkanker ergens anders in het lichaam.

• stadium 4A: er zijn uitzaaiingen in het longvocht.
• stadium 4B: er zijn uitzaaiingen in lymfeklieren buiten de buik en/of in andere organen in het lichaam zoals de lever, de milt of de longen.

Vroeg stadium en laat stadium eierstokkanker

Artsen spreken bij stadium 1 en 2A over een vroeg of laag stadium. Bij stadium 2B en hoger is er sprake van een laat of hoog stadium.

Bij een vroeg stadium is de prognose gunstiger dan bij een laat stadium.

TNM-indeling 

Er is nog een preciezere indeling van eierstokkanker. Dat is de TNM-indeling.

Om het stadium van de kanker te bepalen, worden er 3 dingen beoordeeld:  

• T: de grootte van de tumor 
• N: uitzaaiingen in de lymfeklieren 
• M: uitzaaiingen in andere organen 

Elk van de 3 onderdelen krijgt een getal. Over het algemeen geldt: hoe hoger het getal, hoe meer de kanker zich heeft verspreid. Samen vormen ze de zogenaamde TNM-indeling.  Je arts kan je vertellen welke TNM-indeling je hebt.

Hoe agressief is de kanker?

Dan is er ook nog een indeling in hooggradig en laaggradig. Hierbij kijken artsen hoeveel de kankercellen nog op gezonde cellen lijken en hoe snel ze delen. Dit zegt iets over het gedrag van de tumor en over je vooruitzichten. Het geeft namelijk aan hoe agressief de tumor is.

Laaggradig

De kankercellen lijken voor een groot deel op gezonde cellen van het orgaan waarin ze zijn ontstaan. De kankercellen groeien meestal langzaam.

Hooggradig

De kankercellen lijken bijna niet meer op gezond weefsel. Deze kankercellen groeien bijna altijd veel sneller dan normale cellen.