Biopsie bij borstkanker

Bij een biopsie neemt een arts wat weefsel weg uit de afwijking in je borst. Het weefsel wordt onderzocht in het laboratorium. Daarna weet de arts of het borstkanker is of een goedaardige afwijking. 

Hoe gaat een biopsie bij borstkanker?

Bij een biopsie haalt de arts wat weefsel weg uit de afwijking. Dit kunnen 1 of meer reepjes weefsel zijn. Een verwijderd stukje weefsel heet een biopt.

De arts doet de biopsie met een wat dikkere naald. Via een klein sneetje in de huid gaat een naald de borst in. Eerst krijg je een plaatselijke verdoving van je borst en de huid van je borst. Om de plek van de naald nauwkeurig te bepalen, gebruikt de arts vaak een echografie. 

Het onderzoek duurt ongeveer drie kwartier. De uitslag is meestal binnen een paar dagen bekend. 

Vacuümbiopsie bij borstkanker

Soms is de afwijking niet goed te zien op een echografie, bijvoorbeeld kalkspatjes. Dan is een vacuümbiopsie nodig.

Je ligt of zit dan met je borst tussen 2 platen. Deze 2 platen drukken je borst vast en plat, maar minder stevig dan bij een mammografie. 

Een computer berekent hoe de naald in de borst geplaatst moet worden. Voordat de arts de biopsie doet, krijg je een verdovingsprikje op de plek waar de naald naar binnen gaat. 

Na de biopsie wordt er een klein metalen draadje (marker) in je borst geplaatst. Dit gebeurt om de plaats van de afwijking te markeren. Zo is de plek altijd weer terug te vinden. 

Uitslag van de biopsie

Na de biopsie onderzoekt de patholoog het weggehaalde weefsel. Met de uitslag stelt de arts de definitieve diagnose: borstkanker of een goedaardige afwijking. 

Gaat het om borstkanker, dan legt de arts ook uit welke soort borstkanker het is. Dat is belangrijke informatie voor je behandeling en je vooruitzichten.

Bijwerkingen van een biopsie

Na de biopsie kan je borst een paar dagen wat beurs en pijnlijk aanvoelen. Ook kun je een blauwe plek krijgen waar de naald je borst in is gegaan. 

Goed om te weten: de biopsie beschadigt het omliggende gezonde borstweefsel niet. De kankercellen zullen zich door dit onderzoek ook niet verspreiden door je lichaam. 

Bloedverdunners en biopsie

Gebruik je bloedverdunners of heb je die kort geleden gebruikt? Meld dit van tevoren aan je arts.  Doe dat ook als je een stollingsziekte hebt. 

Meestal moet je tijdelijk stoppen met bloedverdunners als je een biopsie krijgt. Je behandelend arts geeft aan wanneer en voor hoe lang. Stop niet op eigen initiatief.