Meningeoom

Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.

Naar colofon
Opslaan

Een meningeoom is een tumor die ontstaat aan de binnenkant van het hersenvlies.

Lees op deze pagina over:

En over:

Wat is een meningeoom?

Een meningeoom zit aan de binnenkant van het hersenvlies. De tumor zit dus niet in de hersenen, maar bij de hersenen.

De meeste meningeomen zitten maar op één plek in de hersenen en zaaien niet uit. Toch kan een meningeoom ernstige klachten en problemen geven. Omdat deze tumor in belangrijke gebieden van de hersenen zit.

Soorten meningeoom: goedaardig, atypisch of kwaadaardig

Een meningeoom is in 9 van de 10 gevallen ‘goedaardig’. Een goedaardig meningeoom:

  • groeit niet of heel langzaam
  • blijft beperkt tot 1 plek in de hersenen
  • groeit niet in de hersenen
  • zaait niet uit

Een meningeoom kan ook atypisch zijn. Dan is het niet goedaardig, maar ook niet kwaadaardig. Een atypisch meningeoom:

  • kan de hersenen ingroeien en groeit sneller
  • kan op verschillende plekken in de hersenvliezen terugkomen
  • zaait niet uit

Heel soms is een meningeoom kwaadaardig. Een kwaadaardig meningeoom:

  • kan de hersenen ingroeien en groeit sneller dan een atypisch meningeoom
  • kan op meerdere plekken in de hersenvliezen terugkomen
  • kan heel soms uitzaaien, bijvoorbeeld naar andere hersendelen, botten of longen

Meningeoom graad 1, 2 of 3

Na de operatie is vast te stellen wat de graad van het meningeoom is. Een goedaardig meningeoom is graad 1, een atypisch meningeoom is graad 2, een kwaadaardig meningeoom is graad 3. 

Vooruitzichten bij een meningeoom

De prognose is gunstig wanneer de chirurg de hele tumor weg kan halen of na de best mogelijke bestraling.

Soms komt een tumor terug, bijvoorbeeld als de chirurg de tumor niet helemaal kon verwijderen. Dan is de tumor vaak opnieuw goed te behandelen.

Komt de tumor meerdere keren terug? Of zit de tumor op een gevaarlijke plaats in de hersenen? Dan is de prognose minder gunstig. Dit geldt ook voor een atypisch (graad 2) en kwaadaardig (graad 3) meningeoom.

Je arts kan je informatie geven over je vooruitzichten.

Hoe vaak komt een meningeoom voor?

Het is niet precies bekend hoeveel mensen in Nederland elk jaar de diagnose meningeoom krijgen. Naar schatting gaat het om enkele duizenden mensen. Een groot deel van hen heeft geen klachten.

De meesten zijn van middelbare leeftijd als ze de diagnose krijgen. Vrouwen krijgen vaker een meningeoom dan mannen.

Een kwaadaardig meningeoom is zeldzaam. Bij ongeveer 1 op de 100 mensen is de meningeoom kwaadaardig.

Symptomen en klachten bij een meningeoom

Een meningeoom groeit langzaam. Hierdoor ontstaan klachten vaak heel geleidelijk.

In het begin veroorzaakt de tumor meestal geen klachten of weinig klachten. Een groot deel van de mensen met een meningeoom krijgt nooit of heel weinig klachten.

Als een meningeoom groter wordt, drukt het op de hersenen. Dan kun je wel klachten krijgen. Welke klachten dit zijn, hangt af van de plaats van de tumor. Het kan gaan om:

  • verandering van gedrag, geheugen en denken
  • problemen met spreken
  • verlammingsverschijnselen
  • stoornissen in het gevoel

Erfelijkheid en een meningeoom

Een meningeoom kan heel soms het gevolg zijn van een erfelijk syndroom, zoals:

Onderzoek voor de diagnose meningeoom

Bij de arts heb je een gesprek over je klachten. En je krijgt een neurologisch onderzoek. Daarna volgt vaak een MRI-scan.

Vaak wordt een meningeoom per toeval gevonden, als er een CT-scan of MRI-scan wordt gemaakt voor iets anders. Bijvoorbeeld na hoofdletsel.

Behandeling van een meningeoom

Welke behandeling je krijgt bij een meningeoom, hangt af van de plek van de tumor, de grootte van de tumor en hoe snel de tumor groeit. Ook je leeftijd en lichamelijke conditie spelen een rol.

Er zijn 3 behandelingen mogelijk bij een meningeoom:

Afwachten en goed controleren (wait-and-scan) bij een meningeoom

Bij een kleine tumor waar je weinig of geen klachten van hebt, is een behandeling niet meteen nodig. Soms is het niet eens nodig om de tumor te behandelen.

Wel kom je op controle en krijg je regelmatig een MRI-scan. Daarmee kijkt de arts of de tumor groeit. Bij groei kan een behandeling nodig zijn.

Operatie bij een meningeoom

Als je klachten krijgt door de tumor, kan de arts een operatie adviseren. Je krijgt dan eerst een MRI-scan. Daarmee bepaalt de arts of een operatie mogelijk is.

Bij een meningeoom bij de hersenen maakt de neurochirurg een luikje in de schedel boven de plek waar de tumor zit. Daarna haalt hij of zij de tumor weg. Deze operatie heet een craniotomie. Lees meer over een craniotomie.

Bij een meningeoom in de wervelkolom verwijdert de neurochirurg vaak een stukje bot aan de kant van de rug (de wervelboog) om bij de tumor te komen. De arts bespreekt met je hoe de operatie gaat.

Soms is een operatie niet mogelijk. Dit zijn situaties waarin opereren niet kan:

  • De tumor zit op een lastig bereikbare plek.
  • Er is een te groot risico dat belangrijk weefsel om de tumor heen beschadigd raakt.
  • Een operatie brengt teveel risico’s mee voor je gezondheid.

Vaatonderzoek voor de operatie

Vaak zitten er veel bloedvaten in en rond een meningeoom. Een operatie kan dan veel bloedverlies veroorzaken. Daarom krijg je voor de operatie soms een vaatonderzoek. Een ander woord hiervoor is angiografie.

Tijdens de operatie kan de neurochirurg op een beeldscherm zien waar de bloedvaten lopen. Daar kan hij of zij dan rekening mee houden. Soms is het nodig om sommige bloedvaten tijdelijk af te sluiten, zodat de tumor minder bloedt bij de operatie.

Nabehandeling

Meestal kan de arts de tumor helemaal, of bijna helemaal, weghalen. Een nabehandeling met bestraling is dan niet nodig. Je blijft wel onder controle. Er is namelijk een kleine kans dat een meningeoom terugkomt.

Soms is wel bestraling nodig na de operatie.

Bestraling bij een meningeoom

Soms adviseert de arts bestraling als eerste behandeling. Bijvoorbeeld bij een klein meningeoom, of bij een meningeoom dat niet te opereren is. Door bestraling stopt de tumor meestal met groeien, maar de tumor verdwijnt niet. De arts bespreekt met je wat je na bestraling kunt verwachten.

Bestraling kan ook een behandeling zijn na een operatie. Bijvoorbeeld als de chirurg niet de hele tumor kan weghalen en een groot stuk moet achterlaten. Of als na de operatie blijkt dat het meningeoom atypisch (graad 2) of kwaadaardig is (graad 3).

Als de tumor weer gaat groeien na de operatie, kan bestraling een behandeling zijn om de groei te stoppen.

Bij een meningeoom krijg je meestal stereotactische bestraling. Sinds kort is in Nederland ook protonenbestraling mogelijk bij een meningeoom.

De arts bespreekt met je welk soort bestraling je krijgt. Dat hangt vooral af van de plaats en de grootte van de tumor. Ook vertelt de arts welke bijwerkingen je kunt verwachten.

Onderzoek naar nieuwe behandelingen voor meningeoom

Soms kun je een behandeling krijgen waar artsen nog onderzoek naar doen. Bijvoorbeeld een nieuwe behandeling, of een combinatie van behandelingen. Dit heet een trial. Vraag je arts naar de mogelijkheden.

Controles bij een meningeoom

Na behandeling van een meningeoom kom je op controle in het ziekenhuis. Je krijg dan regelmatig een MRI-scan of een CT-scan. 

Als de tumor helemaal weggehaald is met operatie, kom je meestal enkele jaren op controle. Daarna is controle niet meer nodig.

Wanneer niet de hele tumor weg is, zoals na bestraling, moet je meestal langer op controle komen.

Uit de scan kan blijken dat de tumor opnieuw groeit. Dan kun je meestal opnieuw een operatie of bestraling krijgen.

Als je geen behandeling meer wilt of kunt krijgen

Is er geen behandeling meer mogelijk om de groei van de tumor af te remmen? Of wil je geen behandeling meer? Dan krijg je zorg die erop gericht is om je klachten te verlichten. 

Lees verder op de pagina: uitbehandeld, wat nu?

Hulp bij een hersentumor

Een hersentumor heeft invloed op je leven. De ziekte kan bijvoorbeeld gevolgen hebben voor bewegen, je lichamelijke conditie, denken, emoties en gedrag. Ook kun je beperkt worden in alledaagse activiteiten, je werk of in relaties met anderen. Ook voor je dierbaren kan het zwaar zijn.

Er zijn verschillende zorgverleners die jou en je naasten extra kunnen begeleiden. Samen met je neuro-oncologieverpleegkundige kun je bespreken welke begeleiding het beste bij je past.

Meer informatie en lotgenotencontact
Voor meer informatie en contact met lotgenoten: hersentumor contactgroep van patiëntenvereniging Hersenletsel.nl.

Lotgenoten kun je ook vinden via de gespreksgroep hersentumoren op kanker.nl of de lotgenotenzoeker.

Misschien organiseert jouw ziekenhuis ook bijeenkomsten voor mensen met een hersentumor of hun naasten. De neuroloog of neuro-oncologieverpleegkundige kan je hier meer over vertellen.

Colofon

Met medewerking van:

illustratie arts vrouw

Dr. Merel Luitse

Neuroloog, Antoni van Leeuwenhoek

illustratie arts vrouw

Drs. An Claes

Radiotherapeut, UMC Utrecht

illustratie-mensen

Mensen die een hersentumor hebben (gehad)

Logo Stichting Hersentumor.nl

Stichting Hersentumor.nl

Gemaakt door de redactie van kanker.nl

Laatste update: november 2024