Onderzoeken bij een hersentumor

Heb je symptomen die kunnen passen bij een hersentumor, ga dan naar je huisarts. Hij of zij onderzoekt of je misschien een aandoening van het zenuwstelsel hebt. Als het nodig is verwijst de arts je naar een specialist op dit gebied: een neuroloog. 

Bij het eerste onderzoek vraagt de specialist je naar je klachten. Daarna krijg je een lichamelijk onderzoek: het neurologisch onderzoek.

Je kunt ook nog de volgende onderzoeken krijgen:

• MRI
• CT-scan

Op grond van je klachten en van de onderzoeken kunnen de artsen tot de conclusie komen dat je een hersentumor hebt. Om vast te stellen welke behandeling nodig is, moet de arts weten om welk soort hersentumor het precies gaat. Hiervoor is een weefselonderzoek noodzakelijk.

De chirurg neemt tumorweefsel weg

Voor de definitieve diagnose neemt de arts een stukje weefsel uit de tumor. Een neurochirurg doet deze ingreep. Dit is een chirurg die gespecialiseerd is in operaties van het zenuwstelsel.

De ingreep kan gebeuren via een stereotactische biopsie of een grotere operatie (craniotomie).

• Bij een stereotactische biopsie neemt de arts alleen een klein stukje weefsel weg. De arts maakt hierbij een klein gaatje in de schedel om zo een klein stukje van de tumor te kunnen verwijderen.
• Bij een craniotomie maakt de arts een groter luikje in de schedel. De arts zal proberen zo veel mogelijk tumorweefsel op een zo veilig mogelijke manier te verwijderen.

Of de arts een biopsie of een craniotomie verricht, hangt van vele factoren af. Het heeft onder andere te maken met de plaats van de afwijking binnen de hersenen. Voor beide ingrepen is een opname in het ziekenhuis nodig.

De patholoog onderzoekt het tumorweefsel

Een patholoog bekijkt het weefsel daarna onder de microscoop. Hij of zij kan het soort hersentumor en de graad van de tumor bepalen.