Veranderingen in je dagelijks leven

Ziek zijn verandert de invulling van je leven. Je hebt waarschijnlijk minder energie om de dingen te doen die je gewend bent. Misschien moet je stoppen met werken, je hobby’s opgeven of heb je hulp nodig bij  huishoudelijke taken. 

Je kunt verdrietig worden door dit verlies. Vaak helpt het als je met anderen praat over de veranderingen in je leven en wat dit met je doet. Probeer ook te kijken wat je nog wél plezier of zingeving geeft. Dat kunnen kleine dingen zijn. Misschien kun je je op een andere manier inzetten waardoor je iets voor anderen kunt betekenen ondanks je ziekte. Bijvoorbeeld door het gebruik van e-mail of internet.

Er komt een moment waarop je veel in bed moet liggen. Je bent dan nog meer beperkt. Ga dan bij jezelf na wat je nog kunt doen om je dag prettiger te maken. Wat geeft ontspanning? Wat vind je fijn om te doen? 

Wie kan helpen? 

Vind je het moeilijk om je dagen in te vullen? Praat er dan over met iemand uit je naaste omgeving. Ook kun je je zorgen delen met je huisarts, de wijkverpleegkundige of een maatschappelijk werker. 

Tips

• Probeer je energie zo goed mogelijk te verdelen over de dag. Forceer jezelf niet. 
• Zoek hulp als de gewone dagelijkse dingen (boodschappen doen, koken) te zwaar worden en je geen energie overhoudt voor wat je belangrijk vindt. 
• Je kunt ook je arts of verpleegkundige vragen waar je (vrijwillige) hulp kunt krijgen. 
• Je naasten willen je vaak wel helpen, maar weten niet goed hoe of waarmee. Geef daarom concreet aan waar ze je mee kunnen helpen (bijvoorbeeld een boodschap of klusje in huis).